2. Futuro Imperfecto: onvoltooid tegenwoordig
toekomende tijd.
Futuro imperfecto (kortweg futuro genoemd) wordt gebruikt om toekomstige
handelingen aan te geven.
Deze tijd komt vaak voor met tijdsaanduiding als: luego, más tarde, el próximo
año/año próximo, mañana, en el año 2000, el mes que viene, enz.
VB: ¿Has hecho los deberes? – No, los haré luego.
Wordt ook vaak gebruikt om een veronderstelling/vermoeden (sospecha) of twijfel
(iets wat men zich afvraagt) uit te drukken. In het nederlands gebruikt men dan:
zal/zullen of (in vragende zinnen) zou/zouden.
VB: Alguien toca. Será juan Daar klopt iemand. Dat zal Juan zijn.
VB: Emilio, llaman a Puerta,¿quién será a estas horas ? Emilio. Er wordt op de deur
geklopt; wie zou dat zijn op dit uur?
7. Futuro Perfecto: voltooid tegenwoordig
toekomende tijd.
Futuro perfecto wordt gebruikt om toekomstige handelingen aan te geven die VOLTOOID zal
zijn op het momento in de toekomst waarnaar men verwijst:
VB: Dentro de tres meses ya habrán acabado las obras de la acera.
Wordt ook vaak gebruikt om een veronderstelling (suposición)/vermoeden (sospecha) of
twijfel (iets wat men zich afvraagt) te uiten ten aanzien van een voltooide handeling
VB: No encuentro mi cartera, ¿dónde la habré puesto?
VB: Son las siete. A estas horas Pedro ya habrá llegado a París.
Futuro imperfecto HABER + voltooid deelwoord
(participio)