ZwembadBranche #43 met daarin de volgende onderwerpen:
Terugblik ZwembadBranche Congres 2014
Regulering biociden raakt zwembaden in de portemonnee
Visie op zwemmen 3.0
Proef met zwemlessen in diep water in Sloterparkbad geslaagd
Dromen, durven, doen
en meer, veel meer!
2. Trotse leverancier van het Olympisch Aquatic Center - London en ruim 520 andere
projecten over de hele wereld. Variopool werkt volgens de laatst gestelde
NEN norm 13451 paragraaf 11 beweegbare zwembadbodems en keerwanden.
Beweegbare zwembadbodems en keerwanden
www.variopool.nl
3. Thuis in Zwembaden
• Turn-key realisatie techniek
• Service & Technisch Beheer
• Garanties op energie- en waterverbruik
• Gegarandeerde besparingsconcepten
• 40 jaar kennis & ervaring
Nunspeet
T +31 (0)341 25 26 88
Oss
T +31 (0)412 62 51 50
Alphen aan den Rijn
T +31 (0)172 44 80 90
WWW.HELLEBREKERS.NL
4. De ZwembadBranche Dag is een onmisbare dag en een nieuw jaarlijks
terugkerend epicentrum voor alle professionals uit de zwembranche.
De ZwembadBranche Dag biedt:
Inspiratie Sessie door topcoach Ben Tiggelaar, één van Nederlands
meest gevraagde trainers over leiderschap en verandering.
Naast het geven van sessies schrijft hij ook boeken, zijn
boek ‘Dromen Durven Doen’ verkocht zelfs meer dan
300.000 exemplaren.
Kennis Beursplein met nieuwste ontwikkelingen, gratis advies van
experts, handige tips en ondernemersvisies.
Netwerken Het netwerk van collega’s uit de zwembranche met
waardevolle contacten.
ZwembadBranche Dag 2014
Woensdag 8 oktober 2014
zwembadbranche.nl/dag
#ZBBD14
INSPIREREN - INFORMEREN - MOTIVEREN - ADVISEREN
DROMEN
DURVEN
DOEN
5. INHOUD
12
Regulering biociden raakt
zwembaden in de portemonnee
24
Zeg Het Met Foto’s
40
De nieuwste technologie direct
beschikbaar, zonder dure investeringen
43
Kort nieuws - uit het water
9
ZBBC14
18
‘Klanten steeds verrassen’
23
Veranderen is lastig,
maar ook erg leuk
16
Visie op zwemmen 3.0
26
Proef met zwemlessen in diep water
in Sloterparkbad Amsterdam geslaagd
30
‘Men with a mission’
34
‘Imagineering: een zwembad-
praktijkvoorbeeld‘
37
Terugblik op een geslaagd PAO
Symposium Zwembaden
ZWEMBADBRANCHE 5
6. info@zwembadbranche.nl • twitter.com/zwembadbranche • facebook.com/zwembadbranche
6 april 2014. Voor mij nu een historische datum. Nu hoor ik je
denken dat zal dan vast wel een bijzondere gebeurtenis zijn
geweest. Kind geboren, getrouwd, eerste zwemdiploma. Nee niets
van dat alles. Hoewel, het had overigens wel met het laatste te
maken. Zondagavond 6 april besteedde Radio 1 namelijk aandacht
aan het zwemonderwijs. Nu is dat natuurlijk ook een mooie
mijlpaal, maar eerlijkheid gebied mij te zeggen dat dit ook niet het
juiste antwoord is. Maar wat is het dan wel? Wat geschiedde op
die avond, was dat voor het eerst een ander medium voorrang
kreeg boven Studio Sport.... Een memorabel moment kan ik je
vertellen. De terugblik op een spannende dag uit de Nederlandse
voetbalcompetitie maakte plaats voor het gekluisterd zitten voor
de radio. Even niet de verwarde coupe met
haar van Tom Egbers in beeld, maar de
radiostem van presentator Niels Heithuis
door de huiskamer.
Een paar dagen daarvoor waren wij al
benaderd door Reporter Radio. Of wij
misschien wat informatie hadden. We
hebben er inderdaad al wel vaker over
geschreven. Genoeg informatie dus over het
zwemonderwijs en het zwemdiploma. Vol
aandacht luisterden wij vervolgens op die
bewuste zondag naar de reportage van
René Dekker en de discussie met Titeke Postma, Koen Breedveld
en Ron Verroen. Om daarna te horen hoe het Tweede Kamer lid
Tjeerd van Dekken er met de politieke bril naar keek. De woorden
van de PvdA politicus waren luid en duidelijk. ‘Ik vind het een
chaotische discussie’, was getekend Tjeerd van Dekken. Waarna hij
aangaf dat het tijd was voor eenduidigheid en een landelijke
norm. Tevens zei hij te overwegen om het wettelijk te verplichten.
Kamervragen werden beloofd om zo van hogerhand in te kunnen
grijpen. Chaotisch klinkt niet echt positief, maar misschien is het
wel zo voor de buitenstaander. Dat zou kunnen. Voor mij voelt het
meer alsof we staan voor veranderingen. Veranderingen misschien
in richtlijnen, methodes, diploma’s of normen. Met boeiende
vragen als ‘wat verwachten we eigenlijk van onze kinderen’,
‘wanneer zijn ze veilig in de buurt van water’, ‘hoe kunnen we ze
laten ervaren hoe leuk bewegen in het water is’? Maar ook wat is
hierin de rol van zwembaden, betrokken organisaties, scholen en
natuurlijk ouders. En is hierin ook een rol weggelegd voor de
overheid of werkt dit juist eerder de vernieuwing tegen?
Kortom veel interessante vragen die hunkeren naar antwoorden.
Om deze antwoorden te krijgen is het goed om eerst eens samen
naar de toekomst van het zwemmen in het algemeen te kijken en
het zwemonderwijs in het bijzonder. In de
branche zijn veel experts, mensen die
passie hebben voor het vak en jarenlange
ervaring. Maar ook je licht laten schijnen
buiten de branche kan zeker geen kwaad.
Gewoon om eens out of te box te denken.
Om je te prikkelen een keer op een andere
manier naar je vak te kijken. Op het
ZwembadBranche Congres kreeg ik weer
voldoende inspiratie. Jos Burgers en Marc
Lammers zetten je meteen weer op scherp.
De discussie over het zwemonderwijs op
het congres kwam helaas niet zo goed uit
de verf. Zou deze door het Tweede Kamerlid Van Dekken ook
chaotisch zijn genoemd? Het zou kunnen. Conclusie is misschien
wel dat het complexe materie is. Of maken we het complex? En
dat brengt me weer bij Marc Lammers. Hij hamerde erop om
vooral vooruit te kijken. Feedforward. Geen feedback. Niet blijven
hangen in het verleden. Het lijkt mij ook wel een aanrader voor
de gehele discussie over het zwemmen. Waar willen we eigenlijk
naar toe? Hoe geven we het zwemmen met z’n allen een
positieve impuls? ‘Winnaars hebben altijd een plan’ zei Lammers.
Wat is ons toekomstplan?
Feedforward. Geen feedback!
ZWEMBADBRANCHE6
7. Meer rendement bij zwembaden
“Veilige en vlotte methode, waarin met minimaal
drijfvermogen, maximale resultaten worden behaald.”
- Geert Kuipers, Teamleider Bad Hesselingen Meppel
Pastoor Spieringsstraat 10A
5401 GT Uden, The Netherlands
085 - 48 96 380
info@easyswim.com
Meer informatie: www.easyswim.com
8. Voor meer informatie, inschrijven, planning en lesdata:
www.nbz.nl of bel 073-6124061
Beroepsopleidingen
Instructeur
Doelgroepen
Verdiepingsdagen
voor Instructeurs
Ouder & Kind - Zwemmen met Medische Indicatie - Aqua
Fitness - Kinderen met Leer- en/ of gedragsproblemen
Zwemmen met Aanstaande Moeders - Fifty Fit
Laat je bijscholen in je vakgebied: Instructeur Zwem
ABC - Lifeguard - Ouder & Kind - Zwemmen met Medische
Indicatie - Aqua Fitness - Kinderen met Leer- en/ of
gedragsproblemen - Fifty Fit
Startin
novem
ber!
Startin
novem
ber!
erkend door:
Sociaal Fonds
Recreatie
Managementopleiding
Wet & Aansprakelijkheid
Instructeur Zwem
ABC & Lifeguard
3 daagse managementopleiding om te komen tot een
zo groot mogelijke risicoloze exploitatie van de eigen
accommodatie. Regio’s: Den Bosch - Den Haag - Harderwijk
en Sittard.
Locaties: Aalsmeer - Almelo - Amsterdam - Broek op
Langedijk-DenHaag-Eindhoven-Harderwijk-Heerenveen
Houten - Roosendaal - Sittard - Velp (gelderland) - Wijchen
Zuidlaren
Startin
oktober!
Startin
oktober!
mei - oktober - november 2014
Water Bootcamp
Instructeur
Lifeguard/ Toezicht-
houder voor Hulpkrachten
2 daagse opleiding tot Water Bootcamp Instructeur. Een
aquasport gericht op de actieve sporter (zeker ook mannen)
met een intensief en afwisselend aanbod in het water en op
het land. Start in mei in Hengelo OV.
Twee-daagse cursus. Met name bedoeld voor vakantie-
krachten en weekendhulpen. Start in mei in Harderwijk en
Papendrecht.
Startin
m
ei!
Startin
m
ei!
9. Op 12 maart vond de eerste editie plaats van ons ZwembadBranche Congres. Ruim 200 deelnemers waren al vroeg opgestaan om
zich rond 7 uur te melden voor een ontbijtje in Apeldoorn. Het programma startte met een verfrissende blik van Jos Burgers waarin
hij ons allemaal weer even een spiegel voorhield. ‘Ga niet grazen tussen de kudde, maar zoek een rustig plekje op in het weiland
waar voldoende gras is’. En terloops even een nieuw Zwem ABC voorhield. Oftewel het klanten ABC dat staat voor aandacht, begrip
en complimenten waarmee we beter kunnen inspelen op de specifieke wensen van de klant. Want, zo legde Jos Burgers ons met
een tot de verbeelding sprekende anekdote uit, de gemiddelde klant immers niet bestaat. De aftrap van Jos Burgers werd gevolgd
door een paneldiscussie over Zwemmen 3.0. Waarna men zich kon verdiepen in de meer specifieke materie tijdens de diverse
workshops. Na een netwerklunch sloot Marc Lammers het congres af met een inspirerend verhaal over mogelijkheden zien en
pakken. ‘Winnaars hebben altijd een plan’ is zijn motto. Op humoristische wijze moedigde hij ons daarom ook uit om je energie te
steken in datgene waar je invloed op hebt en waar je goed in bent. Maak van een 8 een 10 en niet van een 4 een 6. Speed up the
process was tot slot zijn boodschap. Na de energizer van Marc Lammers, maar uiteraard ook tussendoor, was er volop gelegenheid
om bij te praten met collega’s en bekenden uit de branche of om nieuwe collega’s te ontmoeten. Dit kon natuurlijk in de
loungeruimte, maar velen kozen voor de buitenlucht en genoten van het heerlijke voorjaarszonnetje.
We kijken net als de deelnemers terug op een geslaagd congres. Uit de evaluatie komen veel enthousiaste reacties naar voren.
De sprekers Jos Burgers en Marc Lammers scoorden hoog en zorgden voor inspiratie en interessante eye opers. Ook de workshops
werden goed beoordeeld. Net als de locatie en de catering, uiteraard ook niet onbelangrijk. Natuurlijk waren er ook verbeterpunten.
Met al deze feedback gaan we aan de slag om 18 maart 2015 opnieuw een spetterend congres neer te zetten. En let op, het wordt
weer een vroege start. Uit de evaluatie blijkt dat verreweg de meeste deelnemers kiezen voor een file vrij programma. Alle
deelnemers en sponsoren bedankt voor jullie vertrouwen en we zien jullie graag volgend jaar weer op woensdag 18 maart 2015 bij
ons tweede ZwembadBranche Congres!
ZwembadBranche Congres 2014
‘Innovatief, inspirerend, vernieuwend’
ZWEMBADBRANCHE 9
12. De nieuwe biocide wetgeving heeft grote gevolgen voor de zwembadbranche.
De uitzonderingspositie van de in ons land vele jaren gedoogde zoutelektrolyse behoort
binnenkort tot het verleden. De vroegere Europese richtlijn met weinig impact op in-situ apparatuur
is inmiddels omgezet in een bindende Europese verordening. Een overgangsregeling voor
bestaande producten is in werking getreden. Om toelating te krijgen voor gebruikte biociden moet
eerst een dossier van de werkzame stof positief worden beoordeeld. Bij een negatief antwoord
worden de producten gebaseerd op deze werkzame stof onherroepelijk van de markt gehaald.
Voor zowel de leveranciers van zoutelectrolyseapparatuur als voor de zwembaden zelf kan het
besluit vervelende gevolgen hebben. Twee direct betrokkenen geven hun mening: onafhankelijk
onderzoeker Jaak Ryckeboer en Erik Brink, directeur van Van den Heuvel Watertechnologie bv.
Regulering biociden raakt
zwembaden in de portemonnee
ZWEMBADBRANCHE12
13. Jaak Ryckeboer staat te boek als een vooraanstaand specialist in
hygiëne-gerelateerde vakgebieden, zoals bijvoorbeeld de
verwerking van organisch afval en waterontsmettingstechnieken.
Met zijn dienstverlenend bedrijf Ensus Consulting opereert de
Vlaming al vele jaren op het raakvlak tussen wetenschap,
overheid en bedrijfswereld. Ryckeboer, tevens verbonden aan de
Afdeling Bodem- en Waterbeheer van de Katholieke Universiteit
te Leuven, heeft zich met name toegelegd op regelgeving. Met
de focus op toelatingsvragen en registratiedossiers voor biociden
en hun actieve stoffen.
Ryckeboer volgt de discussie rond de zoutelektrolyse (in-situ)
op de voet. Voor tal van marktpartijen verzorgt hij de
dossiervorming met het oog op de toelating. Ook is hij
gesprekspartner van (internationale) overheden. ‘’Gezien de
vroegere regelgeving wordt er tot dusver in de praktijk, zowel in
Nederland als ook in Europa maar weinig aandacht aan in situ
apparatuur geschonken. Ryckeboer vervolgt: “Ik stel ook een
zekere dualiteit in de markt vast. Er wordt soms nog wel eens
laconiek over een mogelijke toelating gedaan, alsof het zo’n
vaart niet zal lopen. Maar ik zeg u: “Er is geen weg meer terug.’’
In situ chloor
Eerst zet Ryckeboer even de feiten op een rij. Per 1 september
2013 is de oude Europese biocidenrichtlijn 98/8/EC komen te
vervallen en vervangen door de Europese verordening 528/2012
die onmiddellijk en onveranderd geldt in elke lidstaat. De
nieuwe verordening stelt regels voor het in de handel brengen
van biociden. Het doel is het vereenvoudigen en harmoniseren
van de autorisatieprocedures en het tegelijkertijd garanderen
van een hoge mate van bescherming van mens, dier en het
milieu. Het ECHA (European Chemicals Agency), staat samen
met andere (inter)nationale instanties garant voor een
gestroomlijnde toepassing van de nieuwe biocide verordening.
Met de vroegere biocidenrichtlijn (98/8/EC) kon alleen voor
biociden met een goedgekeurde werkzame stof een
markttoelating worden verkregen. Voor de ‘bestaande’ actieve
stoffen, zoals chloor, geldt er nu een uitzondering op deze
situatie. Via de nationale autorisaties, voor Nederland is dit het
Ctgb, mogen (in situ) producten op basis van deze actieve
stoffen voorlopig op de markt blijven tot er een definitieve
goedkeuring is voor de werkzame stof. Vanaf het moment dat
er door het ECHA een besluit is genomen een bepaalde
werkzame stof goed te keuren gaat de richtlijn over in een
toelatingseis en dient er binnen de twee jaar een toelating te
worden aangevraagd op de in situ apparatuur welke deze
werkzame stof produceert. Hiermee zal er voor het product zelf
dus een toelating worden verleend onder verordening 528/2012.
Dit geldt uiteraard ook voor alle in situ gegenereerde biociden
die hun toepassing kennen in onder andere de zwembadsector.
De chloor werkzame stof dossiers die ingediend werden
onder het oude Review programma zijn in de eindfase
gekomen en zullen naar verwachting worden afgewerkt ca.
2015/2016. Via een ‘chemical similarity check’ wordt de
inzetbaarheid van deze werkzame stof dossiers ten aanzien
van in situ chloor verder geverifieerd. Indien beide procedures
positief worden afgerond kan vervolgens de fabrikant of
importeur van de in situ chloorapparatuur middels een
toegangsbrief (tot de dossiers van de werkzame stoffen) een
biocide productdossier aanvragen uiterlijk ca. 2017/2018.
Indien dit niet is gedaan, en er zijn geen alternatieve
werkzame stof dossiers beschikbaar, kan het in situ
gegenereerd chloor niet verder worden gebruikt op de
Europese markt rekening houdend met een phase-out
periode van 180 dagen. Of anders gezegd: de fabrikant of
importeur moet per voorkeur direct stoppen met de
commercialisering van de in situ apparatuur en de bestaande
gebruikers kunnen alle reeds op locatie geïnstalleerde in situ
chloor desinfectiesystemen niet verder gebruiken.
Een andere belangrijke streefdatum is 1 september 2015. In
overeenstemming met artikel 95 van de BPR dient uiterlijk op
deze datum de fabrikant of importeur van in-situ
gegenereerde biociden of een werkzame stof dossier, of een
toegangsbrief tot zo’n dossier of als de beschermingsperiode
van de data vervallen is een referentie naar zo’n werkzame
stof dossier indienen bij ECHA. Dit zal een einde maken aan
een fenomeen dat bekend staat als ‘free riding’, het
onbevoegd gebruik van biociden of in situ apparatuur om
biociden te produceren in de markt.
Jaak Ryckeboer (Ensus Consulting)
‘Er is geen weg meer terug’
13ZWEMBADBRANCHE
14. Volgens Ryckeboer is nu het moment van bezinning
aangebroken. ‘’Vooral voor de zwembaden die vóór de
verlening van een toelating een overweging maken voor de
één of andere leverancier van zoutelectrolyse apparatuur. Er
bestaat een gerede kans dat de geleverde apparatuur op een
termijn niet langer gebruikt mag worden. Het is het daarom
uiterst raadzaam zich te vergewissen van de status en de
vorderingen die de mogelijke leverancier maakt met
betrekking tot het verkrijgen van de uiteindelijke toelating en
een garantstelling te vragen indien onverhoopt blijkt dat de
apparatuur op een te korte termijn niet meer gebruikt mag
worden. Dit om een mogelijke des-investering te vermijden.
Veranderingen
Ryckeboer ziet als gevolg van de nieuwe wetgeving op de
Europese markt van biociden de nodige veranderingen
optreden. ‘’Er komt een uitbreiding van de regelgeving naar
behandelde voorwerpen, in situ gegeneerde werkzame
stoffen en nanomaterialen. Die strengere regulering zal zijn
weerslag hebben op research en ontwikkeling. Een bijkomend
effect zal zijn dat de regelgeving remmend werkt op
innovaties. Het aantal spelers op de markt zal kleiner worden,
met voor de overblijvers een groter marktaandeel dan nu het
geval is. Niet alle partijen hebben nu eenmaal de kennis en
vooral de financiële middelen om dit soort trajecten in te
gaan. De alternative suppliers, zeg maar de free riders van
voorheen, hebben natuurlijk wel de mogelijkheid om op de
markt te blijven door het bij derden inkopen van
goedgekeurde in-situ apparatuur. Een dergelijke ontwikkeling
hebben we eerder gezien op de markt voor klassieke biociden
en gewasbeschermingsmiddelen. Hoe dan ook, het aantal
actieve stoffen van biociden op de markt zal dalen. Met
andere woorden: Voor een deel van de huidige producten
vervalt mogelijk de ondersteuning vanuit de leveranciers.’’
Garanties
De gevolgen van die marktontwikkelingen worden volgens
Ryckeboer straks ook in de zwembaden gevoeld. ‘’Wie als
exploitant aan de vooravond van een investeringsbeslissing
staat, moet goed nadenken of de apparatuur ook in de verdere
toekomst nog ondersteund gaat worden. Aan de zwembaden
zou ik daarom als dringend advies willen meegeven: Vraag om
garanties, informeer of de nodige dossiers werden of zullen
worden aangelegd en ingediend.” Hetzelfde geldt voor de
aanschaf van chemicaliën met biocide werking. Anders loop je
straks het gevaar op hoge boetes en mogelijk wordt de stekker
er door de inspectie dan helemaal uitgetrokken. Ook voorziet
Ryckeboer een kostenverhoging voor de branche. ‘’Bij
dergelijke autorisatietrajecten zijn veel partijen betrokken. Er
dienen heel wat analyses te worden verricht, data verzameld,
rapporten geschreven, consultants geraadpleegd en er zijn,
zowel internationaal als nationaal, allerlei overheden bij
betrokken. Ook de ECHA zal betaald moeten worden. Al die
kosten worden doorberekend, hetzij aan de bedrijven of aan
de eindklant.’’ De nieuwe biocide wetgeving is in principe op
de lange termijn echter een goede zaak, vindt Ryckeboer. ‘’De
veiligheid voor mens, dier en omgeving neemt hierdoor toe.
Het verplicht delen van data, ook een van de sleutelelementen
in de nieuwe wetgeving, vermindert het aantal dierproeven.
Het is voor de zwembadbranche ook een soort van
verzekeringspolis. Je bent gevrijwaard van eventuele claims
doordat je met toegelaten biociden werkt. In essentie is het de
bescherming van de consument.’’
Regulering biociden raakt
zwembaden in de portemonnee
ZWEMBADBRANCHE14
15. Erik Brink (Van den Heuvel Watertechnologie bv)
‘Ik reken er op dat de markt
ons verhaal begrijpt’
Als marktleider in de zwembadbranche in zoutelektrolyse
apparatuur heeft Erik Brink gemengde gevoelens bij de
Europese verordening 528/2012. De positieve kant van de
ontwikkeling is dat de zogeheten ‘cowboys’ als gevolg van de
ontwikkeling het veld zullen ruimen. Waar Brink wel tegenaan
hikt, zijn de hoge kosten die gemaakt moeten worden om
bestaande en prima functionerende in-situ apparatuur te
reguleren. ‘’Natuurlijk hebben wij ons reeds voor 1 september
2013 (voor)aangemeld voor autorisatie, in alle lidstaten van de
EU waar wij actief zijn.’’
Vooraf stelt Brink wel even graag duidelijk vast dat klanten die
bij Van den Heuvel Watertechnologie na 1 september 2013 een
Chlorinsitu® Zoutelektrolyse apparaat hebben gekocht, gerust
kunnen zijn. “Zij hoeven niet voor extra kosten te vrezen en
zijn verzekerd van alle ondersteuning, ook in de nabije
toekomst. De kosten voor toelating zijn volgens Brink dusdanig
hoog dat een dergelijk bedrag niet tot het normale
ondernemersrisico toe gerekend kan worden. Natuurlijk
hebben we zelf ook een bedrag voor dit traject gereserveerd,
zo’n 300.000 euro. Maar de rest van het bedrag zal toch echt
uit de markt moeten komen.’’
Gedoogzone
Op het Ministerie van Infrastructuur & Milieu heeft Brink, niet
voor de eerste keer, constructief overleg gehad over de
ontstane situatie. ‘’We hebben ondertussen ruim 35 jaar
ervaring en kennis opgebouwd op het gebied van
ontwikkeling, ontwerp en productie van Chlorinsitu
Zoutelektrolyse installaties. Hoewel we altijd hebben beseft
dat we met de biocide richtlijn in een soort van gedoogzone
opereren, zijn zoutelektrolyse installaties dé standaard
geworden in de branche. Nu moet alles gecontroleerd en
geregistreerd worden. In feite zijn we ineens, ondanks al onze
expertise, terug bij af. Samen met de ondersteuning van het
Ministerie van Infrastructuur & Milieu reken ik er op dat de
markt onze inspanningen met betrekking tot de positie van in
situ technieken begrijpt en inziet dat het om een
gemeenschappelijk belang gaat. Samen staan we voor een
voldongen feit en wij zullen er alles aan doen om dit voor
onze klanten te regelen.
Brink is een groot voorstander van duidelijkheid in de markt
en van transparantie, ook bij dit onderwerp. Ondanks de grote
inspanningen die geleverd moeten worden ziet hij de
toekomst met vertrouwen tegemoet. Van de circa 450 klanten
die een Chlorinsitu Zoutelektrolyse van voor 1 september 2013
hebben in Nederland wordt straks een bepaalde financiële
steun gevraagd, eenmalig of verspreid over een aantal
jaarlijkse termijnen. “Zij zullen, op korte termijn, persoonlijk
hiervan op de hoogte worden gesteld zodat we samen met
onze klanten kunnen werken aan een zekere en veilige
toekomst waarin Chlorinsitu Zoutelektrolyse hét alternatief blijft
voor klassieke chemicaliën. Want zeg nou zelf, we willen als
branche toch niet terug naar de tijd van de opslag en transport
van chemicaliën door steden, dorpen en woonwijken?!”
15ZWEMBADBRANCHE
16. Dekker heeft zijn sporen in de zwembranche wel verdiend. In zijn
jeugd was hij een groot talent, later behaalde hij als trainer vele
successen. Eerst met zijn broer Ron Dekker, vervolgens met toppers
zoals Pieter van de Hoogenband en Inge de Bruin. Als assistent en
bondscoach heeft hij menig keer het Wilhelmus horen klinken. De
laatste jaren deelt Dekker zijn ervaring en expertise vooral in het
onderwijs. Sinds 2002 is hij opleidingsdocent aan de Calo en heeft
hij onder meer bijgedragen aan de ontwikkeling van het concept
Swim2Play, bewegingsonderwijs voor leerlingen in het zwembad.
Spelenderwijs leren is het paradepaardje van Dekker. Zo leren we
veel meer en zonder dat we er erg in hebben, is zijn stellige
overtuiging. Het toepassen van spelelementen is daarmee voor
Dekker veel waardevoller dan eindeloos oefenen.
Spelen
Voor een goed historisch besef neemt Dekker ons mee naar het
begin van de twintigste eeuw. Carl Christian Friedrich Gordijn
(hoogleraar) is in die tijd de grondlegger van
het bewegingsonderwijs. Het is Gordijn vooral te doen om
acceptatie van ‘lichaamsoefeningen’ en de combinatie van spel en
sport. Iets waar Dekker zich geheel in kan vinden. “Gordijn
benoemde 5 elementen van het bewegingsonderwijs. Voor een
goede beheersing van alle facetten van bewegen waren volgens
hem van belang: turnen, ritme, atletiek, zelfverdediging en
zwemmen. Geheel terecht neemt zwemmen hier een belangrijke
plek in.” Maar helaas moet Dekker constateren dat het zwemmen
in het reguliere onderwijs tegenwoordig behoorlijk aan aandacht
heeft verloren. Sterker nog, het maakt geen onderdeel meer uit
van het reguliere bewegingsonderwijs. “Kinderen gaan wel op
zwemles, maar leren niet welke activiteiten je behalve zwemmen
nog meer in het water kan doen. En de populariteit van het
zwemmen neemt alleen maar af. Naar mijn idee hoeft dat
helemaal niet. Het leren zwemmen is nu te veel gericht op het
aanleren van techniek. Er wordt te weinig gekeken naar het
spelelement.” En juist in dit spelelement zit de sleutel tot succes.
Het centraal stellen van het spel dwingt docenten namelijk om
veel meer te kijken naar de belevingswereld van een kind. En niet
alleen maar het leren van complexe zwemtechnische
vaardigheden waar kinderen op zo’n jonge leeftijd nog niet aan
toe zijn. “Ik vraag mij steeds af waarom we van een kind op 5
jarige leeftijd hele voor hen motorisch ingewikkelde bewegingen
vragen, terwijl zij hier op latere leeftijd veel beter toe in staat zijn.
Wie aan Nederland denkt, moet
meteen denken aan water.
Meren, rivieren,
beekjes, slootjes.
Nederland en
water zijn
onlosmakelijk
met elkaar
verbonden. Het
leren zwemmen
zit dan ook in
ons systeem.
Oftewel: Heel
Holland Zwemt. Of
niet? Uit onderzoek blijkt
dat maar weinig kinderen het
C-diploma halen. En nog minder blijven na hun
diploma veelvuldig zwemmen. Daarnaast neemt
het schoolzwemmen af en is er vanuit het
onderwijs weinig aandacht voor zwemmen als
beweegonderwijs. Luidt de vraag: wat is er
eigenlijk overgebleven van dat oer Hollandse
product zwemmen? Er ligt dus een kans om het
zwemmen interessanter te maken voor kinderen
én ouders. Een grote groep kinderen komt in het
zwembad, maar hoeveel rendement halen we
hier eigenlijk uit? Hoe kunnen we ervoor zorgen
dat het leren zwemmen en het zwemmen zelf in
populariteit toeneemt?
Wij vroegen het deze keer aan René Dekker,
voormalig bondscoach van de KNZB en
tegenwoordig opleidingsdocent aan de
Calo in Zwolle.
Visie op
zwemmen 3.0
16 ZWEMBADBRANCHE
17. Ik zie dan ook liever dat we eerst het kind leren om zich zelf te
redden in het water en vervolgens kunnen we op latere leeftijd de
meer ingewikkelde zwemtechnieken leren. En in de tussentijd leert
het kind hoe leuk het is om te bewegen in water door
bewegingsonderwijs in het zwembad.”
Impliciet leren
Veelzijdig bewegen, dat is wat de voormalig bondscoach voor
ogen heeft. Het huidige bewegingsonderwijs is veel te eenzijdig
ingericht. “Ik pleit voor diversiteit. Dat betekent inderdaad ook niet
dat je 40 weken lang met de klas naar het zwembad gaat. Het
betekent wel dat je als klas een aantal gymlessen doet in het
water. En dan heb ik het niet over het leren zwemmen, maar over
het ervaren van wat je allemaal voor activiteiten in het water kan
doen.” Met als mooi neveneffect dat je daarmee tegelijkertijd ook
de zwemtechnieken aanleert. Spelenderwijs, ongedwongen en
zonder dat je er erg in hebt. Als pakkend voorbeeld noemt Dekker
de oefening om te leren vanuit een hurksprong naar de kant te
zwemmen. “Je kunt dit natuurlijk herhaaldelijk oefenen, precies
zoals de term het beschrijft. Je kunt ook een aantal tennisballen in
het water gooien en vragen of de kinderen al deze ballen willen
halen. Wat je merkt is dat het ineens leuk wordt, het is een spel.
Wie heeft er het eerst de meeste ballen gehaald? En ondertussen
oefenen kinderen hetzelfde trucje. Het is eigenlijk heel simpel: blijf
zo dicht mogelijk bij het kind. Het kind wil spelen en tegelijkertijd
kan het heel veel leren. In didactische termen noemen we dat
impliciet leren. Kinderen iets bijbrengen zonder dwingend te zijn in
methoden, maar vooral door hen hierin los te laten en het zelf te
laten ervaren. Met als resultaat intrinsieke motivatie.”
Mindset
Helaas ontbreekt het te vaak aan deze intrinsieke motivatie, zo
concludeert Dekker. Te veel is de techniek nog leidend en zijn we
bezig om het trucje onder de knie te krijgen. Desnoods in een
turbocursus, het Zwem ABC diploma in een paar weken. De dood
in de pot voor het zwemmen. “Methodisch gezien wil ik nog best
geloven dat het kan. Maar pedagogisch gezien vind ik het zelfs
onverantwoord. Hierbij wordt totaal voorbij gegaan aan het kind
zelf. Er is geen aandacht voor het leertempo en het leerniveau van
een kind. Ouders zetten niet hun kind centraal, maar laten zich
leiden door hun eigen agenda. Maar het gaat niet om tijd, het
gaat om het plezier. Uiteraard zijn er ook veel ouders die wel
bewust kijken naar het kind en hun kind gelukkig in hun eigen
tempo laat leren.” Voor de toekomst heeft de branche volgens
Dekker nog wel een slag te maken. De branche denkt nog te veel
in eindtermen en technieken. Nog te weinig bepaalt de
belevingswereld van een kind de lessen. “We moeten veel meer
toe naar betekenisvol onderwijs, zowel in het bewegingsonderwijs
als in het zwemonderwijs. Naar lessen die uitgaan van het
leerniveau en het leertempo van een kind, maar die bovenal
uitgaan van de wereld van een kind. Bij de implementatie van
Swim2Play in andere zwembaden is dat ook een belangrijke
missie voor ons. We willen graag meer creativiteit en diversiteit in
de natte gymles. Maar natuurlijk gaat dat niet van de een op de
andere dag. Daar zijn wij ons van bewust. We hopen alleen wel
dat door continu het belang hiervan te benadrukken, de olievlek
zich steeds verder uitbreidt.
Uiteindelijk gelooft Dekker dat dan ook binnen het
bewegingsonderwijs een ommekeer kan worden gerealiseerd en
er meer aandacht komt voor zwemmen als gymles. Zodat
kinderen ervaren hoe leuk het is om te bewegen in water. “Ik
realiseer me dat we hiervoor een lange adem nodig hebben. Het
recht doen aan verschillen en het waarderen van deze verschillen
op uitvoeringsniveau in de verschillende leeftijdsgroepen, vraagt
een pedagogische en didactische aanpak. Dit vergt in het begin
dan ook veel begeleiding, later zal het echter steeds meer een
tweede natuur worden. Dit gaat alleen niet vanzelf, maar ik ben er
heilig van overtuigd dat dit wel de enige manier is om de
populariteit van zwemmen een impuls te geven. Een impuls die
de branche nu goed kan gebruiken.”
‘‘Ik vraag mij steeds af
waarom we van een kind op
5 jarige leeftijd hele voor hen
motorisch ingewikkelde
bewegingen vragen, terwijl zij
hier op latere leeftijd veel beter
toe in staat zijn.
17ZWEMBADBRANCHE
18. Al jaren groeit het recreatieve bezoek in het Spurd-Leeghwaterbad in Purmerend, tegen de
stroom in. Ook de klanten beoordelen het bad in een vergelijkend onderzoek zeer positief.
Voortdurend wordt gewerkt aan verbetering van de dienstverlening. Met als meest recente
aanwinst een spetterende AquaSmash glijbaan. Succesfactoren? het creëren van beleving, het
gebruik van social media en het persoonlijk kennen van bezoekers.
‘Klanten steeds verrassen’
Spurd-Leeghwaterbad Purmerend
ZWEMBADBRANCHE18
19. Hoe vergroot je klanttevredenheid? In de zwembadwereld is het al
jaren onderwerp van gesprek. Met de toenemende druk op
gemeentelijke budgetten wint de vraag nog meer aan belang. In
Purmerend werd de handschoen in 2008 al opgepakt. De door de
gasten ervaren kille uitstraling in de accommodatie moest worden
weggenomen. De gemeente stelde daarvoor een budget
beschikbaar. Als onderdeel van de actie sfeerverbetering Kleur &
Fleur zijn de baden en de hal in het Leeghwaterbad sindsdien op
een leuke manier aangekleed.
Het is een investering die zich inmiddels heeft terugverdiend.
Oranje ballen aan de plafonds, led-verlichting, speelse elementen
in het instructiebad en schilderijen in de hal. Het zijn slechts enkele
van de in het Leeghwaterbad doorgevoerde verbeteringen. De
nieuwe aankleding is een succes, blijkt uit recent onderzoek naar
klanttevredenheid. De beoordeling door het publiek vertoont sinds
de start van het project een duidelijk stijgende lijn. De hal krijgt van
de deelnemers aan het onderzoek vandaag de dag zelfs een 8 als
cijfer. Afgezet tegen de 7.8 uit de benchmark is dit een opvallende
uitkomst. Volgens Freek Eshuis, manager Leeghwaterbad, is die
positieve score het resultaat van een bewust ingezette strategie.
‘’Waar mogelijk willen we hier steeds beleving scheppen. Bezoekers
moeten met verwondering en een lach binnenstappen, maar ook
weer met een goed en tevreden gevoel naar buiten gaan.’’
Smashbeleving
De spectaculaire opening van de AquaSmash glijbaan met een
lasershow en een extra lange disco op vrijdagavond 21 maart past
dan ook helemaal bij die ambitie. Met de glijbaan is in Purmerend
een spannende attractie aan het aanbod toegevoegd. Het
Leeghwaterbad is, na Bad Hesselingen in Meppel, het tweede bad
in Nederland dat over een dergelijke voorziening beschikt. Het is
volgens Eshuis beleving in optima forma: met een touchscreen
module, iedere maand wisselende thema’s, lichteffecten en een
glijervaring die direct met een leuke foto zichtbaar kan worden
gemaakt via Facebook. De glijbaan moet het recreatieve zwemmen
en de maandelijkse AquaDisco nog aantrekkelijker maken. De
AquaDisco trekt in Purmerend altijd tussen de 500 en 600 jonge
bezoekers. De swingende kinderhits en discoverlichting worden
steeds gekoppeld aan een thema. Eshuis: ‘’Straks met het WK
voetbal zorgen we voor oranje zwemwater. Met Halloween is het
water dan juist weer bloedrood en is ook het personeel op een
originele manier verkleed.’’ Als ondernemende en inspirerende
manager legt Eshuis de lat hoog. ‘’Het gaat erom dat je steeds je
klanten weet te verrassen. Dat je ze meer geeft dan ze verwachten.’’
Panoramawand
Facebook en Twitter worden in het Leeghwaterbad effectief ingezet
om meer bezoekers te trekken. Met succes. Een activiteit als
KidsFun op zondagochtend biedt volop entertainment en heeft
daarmee een groot aandeel in de circa 1000 bezoekers die op een
zondag komen zwemmen. Ook de vele activiteiten op
doordeweekse dagen zoals de diverse AquaFitness groepen,
ouderenzwemmen, baby/peuterzwemmen, conditiezwemmen en
TrimFitness worden druk bezocht. Onlangs is ook gestart met
Herstel na Kanker, een vervolgactiviteit op het landelijk bekende
Herstel & Balans programma dat in veel ziekenhuizen wordt
aangeboden. Daarnaast heeft Purmerend een extra attractie,
namelijk een panoramawand in de hal, die een grote
aantrekkingskracht uitoefent op reclamemakers. Het onderwater
uitzicht op het sportbad zorgt voor bijzondere effecten. Onder
andere een commercial voor de uitvaartonderneming Dela werd in
het Leeghwaterbad opgenomen. De mond-tot-mond reclame in dit
deel van de markt doet zijn werk, zodat productiemaatschappijen
ZWEMBADBRANCHE 19
21. Het gaat om herkenning. Jezelf als gast welkom voelen en om oprechte
interesse in de ander. Dat besef is er bij de medewerkers, prachtig!‘‘
geregeld in Purmerend neerstrijken. ‘’Hele studio’s worden hier
soms gebouwd en natuurlijk altijd buiten de reguliere
openingstijden. Ook voor onze exploitatie heeft dat positieve
effecten.’’ Eshuis noemt het een uitdaging om af te rekenen met
het stugge en stoffige imago dat volgens hem nog steeds te veel
aan de zwembadbranche kleeft. ‘’Het bad als the place to be, de
plek waar je graag wil zijn, dat is wat we willen zijn. En dat hoeft
niet per se veel te kosten. Een glimlach op het gezicht van je
medewerkers kost zelfs helemaal niets. Het gaat om herkenning.
Jezelf als gast welkom voelen en om oprechte interesse in de
ander. Dat besef is er bij de medewerkers, prachtig!’’
Klantenpanel
Om klanttevredenheid te vergroten is het volgens Eshuis een
voorwaarde om steeds kritisch naar je eigen bedrijfsprocessen te
kijken. ‘’Op afstand kijken naar je eigen product kan zeer
verhelderend zijn.’’ Een belangrijke succesfactor in Purmerend is dan
ook het klantenpanel. Met een positief-kritische kijk op het product
zwemlessen heeft het panel bijgedragen aan een verbeterde
communicatie. Met zo’n 1.500 kinderen wekelijks in de lessen is het
panel volgens Eshuis een absolute meerwaarde. ‘’De ogen van de
klant zijn voor ons leidend. De ouders zorgen voor de positieve
feedback, zodat wij de juiste koers kunnen uitzetten en
vasthouden.’’ Een optimaal functionerend leerlingvolgsysteem doet
in Purmerend de rest. ‘’Vaak gaat het in de praktijk mis in de
communicatie tussen het zwembad en ouders. Wij monitoren de
voortgang van elke leerling daarom uiterst zorgvuldig. Als een kind
langer dan normaal in een groep zit, nemen wij zelf contact op
met de ouders. Met een dergelijke pro-actieve houding creëer je
begrip en verschaf je iedereen duidelijkheid. Zo nodig bieden wij
die kinderen op onze kosten extra lessen aan. Dat wordt enorm
gewaardeerd.’’ Bij het interactieve leerlingvolgsysteem wordt ook de
module voor afmelden en aanmelden actief gebruikt. ‘’Zeker in
deze tijd, waarin het leven vaak hectisch is, moet je de ouders alle
mogelijke flexibiliteit bieden. Bij ons kun je een kind gemakkelijk
afmelden en de les op een ander en meer geschikt moment laten
volgen. Op die manier voorkom je achterstanden en kom je de
klant optimaal tegemoet.’’
Synergievoordelen
Daarnaast is men als zwembad ook maatschappelijk betrokken. Zo
werd afgelopen jaar met Sinterklaas een speciale actie
georganiseerd voor de plaatselijke Voedselbank. Tegen inlevering
van een houdbaar voedselproduct mocht die dag gratis
gezwommen worden. Twintig kratten met voedsel werden
verzameld. Een week later haalde het bad opnieuw de publiciteit,
ditmaal met een dag gratis zwemmen voor de jeugd van 11 tot en
met 13 jaar. Een actie bedoeld als knipoog naar de speciale datum
11/12/2013. Steeds weer proberen meer bezoekers te trekken, dat is
het streven. Waar mogelijk is het Leeghwaterbad, door meer
klanten en een strakke kostenbewaking, terughoudend met het
verhogen van toegangsprijzen. Dit jaar is het tarief voor recreatief
zwemmen voor baby’s en peuters zelfs fors verlaagd. Eshuis: ‘’In
vergelijking met onze omgeving vond Spurd ons tarief te hoog. Nu
zijn we voor deze belangrijke doelgroep ook gelet op de prijs-
kwaliteitverhouding een stuk aantrekkelijker.’’ Ondertussen maken
ze zich in Purmerend alweer op voor een volgend tot de
verbeelding sprekend evenement: de Koningssportdag op vrijdag
25 april waarin ook het zwembad een belangrijke rol speelt. De
binnen Spurd verenigde pijlers sportstimulering, sportsupport en
zwembad versterken elkaar volgens Eshuis bij een dergelijke
activiteit. ‘’Als zwembad moet je steeds verbreding in je directe
omgeving zoeken. Op die manier profiteer je van synergievoordelen
en versterk je je positie op de vrijetijdsmarkt.’’
ZWEMBADBRANCHE 21
22. Duurzaam en snel uw zwembad renoveren?
www.zwembadrenovatie.eu
1/2 pagina zbb.indd 1 04-02-13 09:30
Specialist in kassa,verhuur en
toegangscontrole en uw partner in
totaaloplossingen:
■ Kassa
■ Webkassa
■ Toegangscontrole
■ Reserveringssysteem (online)
■ Narrowcasting
■ Leerlingvolgsysteem
■ Lockers
■ Incasso (SEPA)
■ Ledenadministratie
vconsyst.nl @VConsyst
Maakt complexe processen eenvoudig
23. Leône drijft door!
Veranderen is lastig,
maar ook erg leuk
Als jijzelf iets wilt veranderen, kun je dat gewoon doen. Of je nu wilt verhuizen,
je huis anders wilt inrichten of van baan wilt veranderen: je kan het zelf
beginnen. Je stelt je doelstelling vast, kijkt naar je beginsituatie en daartussen
gaan de veranderingen plaatsvinden. Zo gaat dat als je zelf de regie hebt.
Het eerste ZwembadBranche Congres vond plaats op 12 maart. Raymond en
Susanne wilden iets veranderen en hebben dat gedaan. Je merkte als
deelnemer dat er heel goed was nagedacht over de details. Je voelde je als
deelnemer verzorgd, gewaardeerd, belangrijk en bovenal was het informatief.
Ook de aanvangstijd was anders, het begon met een ontbijt. Kortom een
congres met een veranderde signatuur. Anders is het als jouw leidinggevende
besluit dat er een andere signatuur moet komen bij de zwemlessen. Soms
probeert het team om intern tot een signatuurverandering te komen. In
sommige gevallen gebeurt dit met een externe, omdat het blijkt dat het intern
vaak moeilijk is om tot een cultuuromslag te komen. Vooral als het een team is
dat niet gewend is om structureel, via overleg, tot een optimaal resultaat te
komen. Een team waar het speelveld nog niet is afgebakend. De individuele
teamleden hebben hun eigen standaard voor kwaliteit. De neuzen staan niet
allemaal dezelfde kant op. Kortom een lastige situatie. Wat dan nodig is, is een
no-nonsens aanpak. Maak het simpel, stop met praten over elkaar en ga in
gesprek met elkaar. Voer het gesprek met de persoon voor wie het bestemd is.
Wacht niet tot iets vanzelf ten goede verandert. Mocht je als team in een
verandertraject terecht komen, probeer dan loyaal te zijn aan elkaar en
accepteer dat het niet precies wordt zoals jij wilt. Want dat is onmogelijk. Kijk
wat er beter wordt voor het bedrijf. Dat is jouw werkgever en daar komt jouw
salaris vandaan.
In het algemeen kunnen we goed aangeven wat er niet goed is of niet goed
gaat. Als ik een lesgeeffragment laat zien zonder opdracht vooraf, worden altijd
eerst de verbeterpunten voor dat fragment aangedragen. Maar als ik vraag om
uit dit fragment de goede momenten te beschrijven, dan lukt dat prima. Wat
zou jij ook in jouw les willen? Hoe kan je dat voor elkaar krijgen? De teamleden
zien dan vele goede aspecten van het fragment. Daarna kiest iedere persoon
iets uit het fragment dat hij in zijn eigen les wil gaan uitproberen. Zich volledig
bewust dat hij verantwoordelijk is voor wat er in die les gebeurt. Het is heel
makkelijk om te zeggen, ja maar het komt door de druk van de ouders dat
mijn les niet leuk is. Of ik hecht veel waarde aan een goede techniek, maar
krijg soms ‘bagger’ in mijn groepje van mijn collega’s. Dat is te makkelijk. De les
is het winkeltje van de lesgever zelf.
Het is een illusie te denken dat een teamleider in z’n eentje die kwaliteit kan
beinvloeden. Teamleiders en manager moeten wel duidelijk zijn in de koers en
met elkaar een eenheid vormen. Het team moet bereid zijn echt te veranderen.
Het lukt alleen als je het met z’n allen doet. Anders trapt er steeds iemand op
de rem en schiet het niet op. Het enige wat kan is afspraken maken en elkaar
er op aanspreken. Als het gaat lukken, word je als team steeds meer een
eenheid en ga je elkaar steeds meer waarderen. Je gaat merken dat de
kinderen je lessen leuker vinden. Maar ook dat de hoeveelheid arbeid omhoog
gaat en het rendement toeneemt. Al die facetten maken dat ouders tevredener
worden. Kinderen gaan immers met plezier naar de zwemles. De
bovengemiddelde communicatie met de ouders zal veel ruis laten verdwijnen.
Elkaar aanspreken op het niet nakomen van afspraken en accepteren dat
anderen dat bij jou ook doen is een lastige. Want kritiek leveren is makkelijker,
maar echt luisteren naar een ander is moeilijker. Iedereen zegt prijs te stellen
op feedback, maar de werkelijkheid is meestal iets anders. Om kunnen gaan
met feedback of aangesproken worden op het niet nakomen van afspraken,
betekent zelf een beetje veranderen. Dat is lastig, maar ook erg leuk. Het is
leerzaam en je zult merken dat je groeit in je vakmanschap. Het allerlastigste is
dat de enige die jou kan veranderen jijzelf bent. Als je dat niet gelooft, ben jij
die eigenwijze collega die overal iets van vindt behalve van zichzelf.
Nu lijkt het misschien dat ik somber ben over verandertrajecten. Integendeel.
Het is juist geweldig en de resultaten zijn zonder uitzondering goed te noemen.
Ik zou wel willen dat er binnen teams nog meer discussies op inhoud
plaatsvinden en minder op het verdedigen van een mening. Dan hebben we
met elkaar al een hele stap gezet.
Leône Hamaker
Wil je reageren op de column van Leône, mail naar
leone@leonehamaker.nl of via twitter @leonehamaker
ZWEMBADBRANCHE 23
24. In deze rubriek tonen wij de
leukste foto’s uit de branche.
Hierbij kun je denken aan foto’s
van een evenement bij jou in
het zwembad of zomaar een
mooie of grappige foto uit het
archief.
Heb je een leuke foto?
Stuur hem in!
Vermeld bij de foto een korte
omschrijving.
Wij plaatsen alle foto’s op
facebook.com/zwembadbranche
De foto met de meeste
stemmen wint.
De winnende foto wordt op
een groot canvas doek geprint.
Mail uw foto’s naar
info@zwembadbranche.nl
Zeg
het
met
foto’s
ZWEMSCHOOL SPETTERS
Zwembad de Vallei Zwembad Onder Ons
Zwembad de ValleiZwembad De Zeehond
25. Subtropisch Zwemparadijs Mosaqua Gulpen
zwembad De Hoorn
Laco sportcentrum StrijenSportcomplex De Sypel
Openluchtbad de Papiermolen
Sportfondsen Leiderdorp
Zwembad De Stok
Zwembad Fletiomare
Zwembad De Boetzelaer
26. In het Sloterparkbad in Amsterdam is een jaar lang uitvoerig onderzoek gedaan naar het leren
zwemen in diep water met behulp van drijfpakjes. De belangrijkste conclusie uit het onlangs
gepubliceerde rapport: de zwemles met de flexibele drijvers van EasySwim Pro is een
volwaardige lesmethode en biedt een oplossing voor het gebrek aan instructiewater in veel
baden. Om de methode daadwerkelijk tot een succes te maken moeten wel alle
randvoorwaarden in orde zijn. In aanvulling op het bestaande lesplan is een aan de methode
aangepast gedeelte nodig. Heidi Oudejans, coördinator schoolzwemmen en zwemsporten in de
hoofdstad, is blij met de uitkomsten van het rapport. ‘’Door het benutten van voorheen niet
gebruikt diep water kunnen we meerdere niet gediplomeerde kinderen tegelijkertijd lesgeven
en neemt het diplomarendement toe.’’
Proef met zwemlessen in diep water
in Sloterparkbad Amsterdam geslaagd
ZWEMBADBRANCHE26
27. ‘Het is een compleet andere manier van lesgeven’
Gebrek aan voldoende instructiewater en zwemvaardigheid die
in Amsterdam nog steeds achterloopt in vergelijking met het
landelijk gemiddelde. Die twee factoren samen liggen ten
grondslag aan het door Social Detectives uitgevoerde onderzoek
bij het schoolzwemmen in de hoofdstad. De onderzoekers Arief
Felix en Tim Hamaker lieten in de voorbereiding niets aan het
toeval over. De uitkomsten moesten representatief zijn en
voldoen aan de hoogste eisen van kwaliteit. Vele honderden
kinderen werden het afgelopen jaar gevolgd en verdeeld over
testgroepen volgens de traditionele lesmethode via ondiep water
en het leren zwemen in diep water. Om tot representatieve
groepen te komen werden de kinderen geselecteerd op criteria
als leeftijd, postuur en geslacht. Ook vond er een valide
afweging plaats tussen kinderen uit zowel het reguliere als
speciale onderwijs. Bewust werd gekozen voor het Sloterparkbad,
vanwege het grote aantal leerlingen dat zich hier jaarlijks
onervaren voor de zwemlessen meldt. Het team van het
Sloterparkbad biedt al jaren een stabiel hoog niveau van
schoolzwemmen, waarbij zij het leerlingvolgsysteem, de
presentie en bijzonderheden over leerlingen goed bijhouden. Dit
waren belangrijke randvoorwaarden voor het onderzoek dat
deels bestond uit data-analyse. In de persoon van Petra Bleeker
werd een extra begeleider vanuit de zwembadwereld bij het
onderzoek betrokken. Ook voerden Felix en Hamaker uitvoerige
gesprekken met de zwemonderwijzers, waarin gevraagd werd
naar hun ervaringen. De conclusie van het tot dusver grootste
onderzoek naar het leren zwemmen in diep water met
drijfpakjes: het is een prima alternatief, naast de bekende
methode. Het verschil in behaalde diploma’s tussen beide
groepen is in dit onderzoek volgens de onderzoekers echter te
gering om daarover harde uitspraken te doen. ‘’Bij het behalen
van tussendoelen kun je wel stellen dat er door kinderen in de
traditionele methode doorgaans iets beter wordt gepresteerd.’’
Hierbij moet volgens Roel Driessen, leverancier EasySwim,
wel worden benadrukt dat de onervarenheid in de beginfase van
invloed is geweest. Driessen: “De mate van succes hangt voor
een groot deel af van de ervarenheid van de instructeurs. Als je
jaren hebt gewerkt volgens de traditionele manier, is het logisch
dat je moet wennen aan het leren zwemmen in dieper water.
Wij zijn er dan ook van overtuigd dat met de kennis en ervaring
die men nu heeft, het traject in het vervolg sneller kan verlopen.”
Veilig voelen
Het speciaal voor zwemlessen ontwikkelde zelfdrijvend
zwempak geeft een veilig en comfortabel gevoel en zorgt er
volgens de fabrikant voor dat kinderen zich op een natuurlijke
wijze in het water bewegen. ‘’De winst zit in het optimale
gebruik van het beschikbare zwemwater, zodat meer kinderen in
dezelfde tijd een diploma kunnen halen.’’ Wat uit het onderzoek
wel naar voren komt: kinderen uit het speciaal onderwijs scoren
naar verhouding duidelijk beter in diep water. Maar ook hier
plaatsen beide onderzoekers nuances. ‘’Voor deze groep
ZWEMBADBRANCHE 27
28. Ieder zwembad en zwemschool
een eigen mobiele app met
Meer informatie:
www.zwemapps.nl
Download de Swim City
voorbeeldapp via iTunes
of Google Play
Rob Sports Arendse Optisport Zweminstituut Swimkids Lansingh CWP Hofspetters HZ Zian
Enkele voorbeelden van zwembaden en zwemscholen
die al voor zwem apps hebben gekozen:
Je eigen app in de appstores
Zelf makkelijk bijhouden
Gekoppeld met je leerlingvolgsysteem
Direct pushberichten sturen
Standaard zwem content meegeleverd
Vast laag bedrag per maand
29. kinderen is het misschien nog belangrijker dat ze zich veilig
voelen in een bad, en het drijfpakje helpt daarbij. Wat opviel
was dat de kinderen uit deze doelgroep zich in het diepe water
nauwelijks afzonderden, ze waren actiever dan een vergelijkbare
groep in ondiep water en hadden duidelijk meer plezier.
Tegelijkertijd moet je zeggen dat het een heel diverse groep is,
met een diverse problematiek. Het is en blijft maatwerk.’’ Wat bij
de uitkomsten van het onderzoek ook opvalt is dat grotere en
zwaardere kinderen naar verhouding beter in diep water
presteerden, waarbij vooral meisjes voor het verschil zorgden.
‘’Bij de traditionele methode blijft juist een grote groep fors
gebouwde meisjes te lang hangen in het eerste niveau.’’
Kant loslaten
Het differentiëren in lesmethodes vraagt volgens Social
Detectives een omslag in denken. ‘’Het is niet enkel een product
dat je verkoopt, het gaat om een andere visie.’’ De docenten
moeten nieuwe vaardigheden aanleren om van de methode in
diep water een succes te maken. ‘’Het gaat er om dat ze een
radar ontwikkelen om onwennige kinderen goed te begeleiden.
Het is meer dan zo maar een zwempakje aantrekken. Wat we
hebben gezien is dat met name onervaren kinderen zich in diep
water vaak en lang aan de kant vasthouden. Veel docenten
weten niet hoe ze daar op moeten reageren. Ze hebben tools
en slimme trucjes nodig om die kinderen op een speelse
manier in het diepe water te krijgen.’’ Vanzelfsprekend moeten
ook lesplannen herschreven worden. ‘’Je hebt een specifiek
lesplan nodig voor diep water met nieuwe oefeningen voor
achterblijvende kinderen. Ook de te behalen tussendoelen
moeten kritisch tegen het licht worden gehouden en soms
anders geformuleerd worden.’’ Planmatig werken, zoals dat in
het Sloterparkbad, is zeer belangrijk. ‘’Het werkt alleen als je
elkaar als team voortdurend controleert en scherp houdt. Een
goede nabespreking is essentieel. Omdat dit in het
Sloterparkbad al in orde was, konden we het onderzoek juist in
dat bad houden.’’ Het belang van een andere lesmethode wordt
ook benadrukt door de leverancier. Het succes wordt volgens
hen in grote mate beinvloed door de wijze waarop je het
gebruikt. De reden ook dat zij de nadruk leggen op het leveren
van een concept in plaats van een drijfpakje en ondersteunen
in het gebruik.
Belangrijkste succesfactor
Om de pakjes optimaal te benutten is het zaak om telkens toe
te zien of ze goed aansluiten bij de huid. Bij intensief gebruik,
zoals bij het schoolzwemmen in het Sloterparkbad aan de orde
is, is de levensduur uiteraard beperkter. ‘’In pakweg een halfjaar
worden ze een maat groter. Het betekent dat je als bad dus wel
een budget moet reserveren voor nieuwe aanschaf.’’ Ook is het
belangrijk dat kinderen regelmatig blijven oefenen zonder
drijfpakje. ‘’We moeten beseffen dat een pakje nooit 100 procent
garantie geeft. Angstige kinderen kunnen verstijven en wel
degelijk onder water raken.’’ De misschien wel belangrijkste
succesfactor is dat de docenten vertrouwd moeten worden
gemaakt met een nieuwe manier van lesgeven. ‘’Als je tien of
twintig jaar volgens de beproefde methode hebt les gegeven,
komt er als zwemonderwijzer ineens wel wat op je af. Je krijgt
gelijktijdig leerlingen met verschillende niveaus onder je hoede.
Je moet dus nog meer differentiëren en een direct antwoord
hebben op kinderen die achterblijven in de groep. Wat ook
meespeelt is dat ze hebben in het water minder overzicht. Het
is een compleet andere manier van lesgeven.’’
Kwalitatieve veranderingen
Het Amsterdamse schoolzwemmen gaat volgens Oudejans op
termijn haar voordeel doen met de uitkomsten van het
onderzoek. In het Sloterparkbad wordt het leren zwemmen in
diep water met de zelfdrijvende pakjes voortgezet. In andere
baden wordt eerst geïnvesteerd in de kennis en vaardigheden
van de zwemonderwijzers. Ook op andere manieren wordt in
Amsterdam gewerkt aan meer veiligheid en watergewenning,
onder andere door bijzondere buitenwaterelementen te
gebruiken in de survivallessen voor de schoolzwemmers. De
zwemonderwijzers zijn hierin geschoold door Swimfantastic. De
doorgevoerde kwalitatieve veranderingen hebben de laatste
jaren geresulteerd in een flinke inhaalslag. In 2005 bedroeg het
percentage leerlingen in Amsterdam met minimaal één
zwemdiploma 78 procent (landelijk 98 procent). Inmiddels is dat
percentage gestegen tot circa 92 procent. Doordat nu meer
instructiewater ter beschikking komt, verwacht Oudejans dat die
stijgende lijn zich doorzet.
Het is niet enkel een product dat je verkoopt, het gaat om
een andere visie. De docenten moeten nieuwe vaardigheden
aanleren om van de methode in diep water een succes te maken.
‘‘
Zwemlessen in diep water: conclusies en aanbevelingen
• meer niet gediplomeerde kinderen tegelijkertijd in het bad
• hoger diplomarendement
• efficiënter gebruik van zwemwater en daardoor gunstiger exploitatie
• aan de methode aangepast lesplan nodig
• zwaarder gebouwde kinderen, vooral meisjes, scoren beter
• kinderen uit speciaal onderwijs boeken meer resultaat
• zwemonderwijzer moet nieuwe vaardigheden aanleren
ZWEMBADBRANCHE 29
31. Een avonturier als Thor Heyerdahl. Zo voelt Quinten
Cieremans zich als mede oprichter van de Dutch Don’t Drown
Foundation. Het verhaal van Heyerdahl heeft altijd al diepe
indruk op hem gemaakt en geeft hem nu de spirit om met
zijn foundation het aantal verdrinkingen van jonge kinderen
wereldwijd terug te dringen. Hij realiseert zich terdege dat het
een avontuur gaat worden. Met vallen en opstaan. Maar
tezamen met zijn partners Marcel Jagersma en Ronald ter
Hoeven heeft hij het volste vertrouwen in deze missie.
Missie
Toen Cieremans vanuit de reclamewereld de stap zette naar
de zwembranche betekende dit al een behoorlijke ommekeer.
Gedreven om zijn hart te volgen heeft hij Swimkids opgezet,
een concept waarbij kinderen zwemles krijgen in twee talen.
Maar de voormalig marketeer wilde nog meer verdieping en
ook kinderen in ontwikkelingslanden helpen. En zo is wat 4
jaar geleden begon als een idee nu realiteit. De Dutch Don’t
Drown Foundation is opgericht en gaat zich inzetten om het
aantal verdrinkingsgevallen te verminderen door jonge
kinderen te leren overleven in het water. Cieremans is trots op
het feit dat het zover is gekomen. “De nood is echt hoog.
Verdrinking is doodsoorzaak nummer één bij jonge kinderen
van een tot vier jaar. Cijfers geven aan dat 388.000 kinderen
per jaar in ontwikkelingslanden hierdoor overlijden. Maar we
weten ook dat er heel veel verdrinkingen niet eens worden
gemeld. Unicef denkt dat het aantal in de buurt komt van 1
miljoen.” Dutch Don´t Drown realiseert zich dat dit natuurlijk
cijfers zijn waar wij ons niets bij voor kunnen stellen. Onze
kinderen kunnen op jonge leeftijd zwemmen. Het leren
zwemmen zit nou eenmaal in ons systeem en hoort bij onze
cultuur en opvoeding. Maar de foundation beseft heel goed
dat ons Nederlandse systeem een zeldzaamheid is. “Zo
anders is het bijvoorbeeld in Bangladesh waar kinderen
zonder te merken worden meegenomen in een modderige
stroom en niet meer in staat zijn om boven te kunnen
komen. Ongemerkt verdwijnen ze. En als iemand het merkt is
het ook nog de vraag of diegene kan helpen. Dat maakt het
alleen nog maar schrijnender. ”
Dutch Approach
Cieremans gelooft heilig in de Nederlandse manier van het
leren zwemmen. “Het zwemonderwijs in Nederland is uniek
doordat het gebaseerd is op het aanleren van
zwemvaardigheid. Dat terwijl in de wereld om ons heen het
vooral gericht is op de zwemsport. The Dutch Approach is
daarmee een mooi Nederlands exportproduct dat we heel
goed kunnen inzetten in onze missie.” Samen met zijn
partners Marcel Jagersma en Ronald ter Hoeven heeft Dutch
Don´t Drown veel expertise en ervaring in huis. De heren
weten dan ook als geen ander wat nodig is om verdrinking
te voorkomen. Het Nederlandse Zwem-ABC heeft zich
inmiddels bewezen en vormt de basis om kinderen te leren
zwemmen. Vooral ook wil men deze kennis overdragen aan
volwassenen zodat zij zelf de kinderen kunnen leren
zwemmen. “Het is natuurlijk niet de bedoeling dat we tot in
Thor Heyerdahl maakte in 1947 een avontuurlijke tocht op het vlot Kontiki. De Noor wilde
hiermee aantonen dat de voorouders van de Polynesiërs uit Azië zouden kunnen komen.
De tocht van 101 dagen was een spannende tocht en zeker niet zonder tegenslagen. Hij
wist van tevoren niet wat hij kon verwachten, maar hij wist wel dat het mogelijk was. Tegen
de stroom in, letterlijk en figuurlijk, volbracht hij zijn missie.
‘‘Wij hebben er eigenlijk geen weet van hoe groot het probleem is in
ontwikkelingslanden. Unicef denkt dat het aantal verdrinkingen
in de buurt komt van 1 miljoen.
ZWEMBADBRANCHE 31
33. lengte van dagen daar blijven. We willen onze kennis
overdragen en hen zo op weg helpen naar een veiliger
leven.” Om dit te realiseren worden lokale projecten opgestart
in samenwerking met de lokale overheid, het lokale
onderwijs, lokaal actieve NGO’s en de Nederlandse
ambassade. De zwemlessen worden uitgevoerd door speciaal
opgeleide Nederlandse zwemonderwijzers volgens de ‘Dutch
Approach’. Hierna start een train the trainer traject waarna
men lokaal zelf in staat is om zwemonderwijs te kunnen
geven en de foundation zich terug kan trekken.
Hulpvraag
In de afgelopen 4 jaar heeft de Dutch Don´t Drown grote
stappen gezet. Het is een stichting geworden met een bestuur
dat bestaat uit de voorzitter van de KVLO en oud tweede
kamerlid Jan Rijpstra als voorzitter, member board of directors
PPF Group Holding NV Rudolf Bosveld als penningmeester en
auteur van het Handbook on drowning Joost Bierens als
algemeen bestuurslid. Uiteraard naast de eerder genoemde
partners. Tevens heeft men de ANBI status verkregen. Dit
betekent dat een donateur giften van de inkomsten- of
vennootschapsbelasting mag aftrekken. Daarbij laat men
hiermee zien dat de foundation rechtstreeks het algemeen
belang dient en absoluut geen winstoogmerk heeft. Maar
Cieremans benadrukt dat er ook nog genoeg uitdagingen
liggen. “We zijn momenteel hard op zoek naar geschikte pilot
projecten waar we onze zweminstructeurs naar toe kunnen
zenden. Hiervoor is het van groot belang dat vanuit de locatie
zelf ook heel expliciet gevraagd wordt om hulp.” De foundation
wordt hierbij onder meer geholpen door organisaties als
Cordaid, een maatschappelijke organisatie die werkt in fragiele
staten en conflictgebieden. “Wanneer wij een concrete
hulpvraag hebben, kunnen we aan de slag. Dit is een kwestie
van tijd. Ik verwacht na de zomer ons eerste project te
hebben.” Tot die tijd is men ook nog op zoek naar gedreven
en avontuurlijk ingestelde zweminstructeurs. “Het project valt
of staat natuurlijk met de zweminstructeurs. Zij moeten de
passie hebben om deze jonge kinderen te helpen en
volwassenen te helpen om het verder voort te zetten. Zodat
we samen echt iets op gang kunnen zetten.” Het is nog niet
mogelijk voor Cieremans om aan te geven wat een lesgever
kan verwachten. Het zal in ieder geval geen geëffend pad
worden. Het is en blijft een avontuur: The proof of the pudding
is in the eating. “We zullen het letterlijk en figuurlijk met onze
benen in de modder gaan ervaren. Ikzelf kan niet wachten tot
het zover is. Totdat we eindelijk de kinderen daar echt kunnen
helpen. Hen kunnen leren om zich te redden, maar ook
ouders en begeleiders het bewustzijn kunnen bijbrengen van
het gevaar en kunnen leren wat ze moeten doen.”
Het wordt een proces van trial and error, daar is Cieremans
zich van bewust. “We doen nu alles wat we kunnen om goed
voorbereid te zijn, zeker ook voor onze zweminstructeurs.
Maar alles voorzien is onmogelijk. Ik reken er wel op dat we
steeds een stapje verder komen. Ik houd mij daarbij vast aan
Thor Heyerdahl. Hij had een missie en ging ervoor. Het was
een waar avontuur, maar zeker niet zonder succes.” Over het
succes van Dutch Dont Drown blijft Cieremans wel bescheiden.
“Natuurlijk willen we het aantal verdrinkingen drastisch
verkleinen en doen we hier alles aan. Maar elk kind dat wij
kunnen redden is voor mij al grote winst.”
Gezocht: avonturiers. Durf jij de uitdaging aan?
Dutch Don’t Drown Foundation zoekt stoere
zweminstructeurs die samen met hen het avontuur aan
willen gaan. Je wordt voor een half tot een jaar
uitgezonden naar een ontwikkelingsland om daar
zwemles te geven aan kinderen en train de
trainerscursussen aan volwassenen te geven. Tijdens
deze periode woon je onder de lokale bevolking en krijg
je een lokaal salaris. Je hebt gedurende die tijd wel recht
op de Nederlandse sociale voorzieningen, tevens gaan
de sociale lasten ook door zodat er geen sprake is van
een breuk in de opbouw hiervan. Daarnaast kan Dutch
Don´t Drown afspraken maken met de werkgever om te
zorgen voor behoud van je baan zodat je hierna weer
terug kan keren. Dus ben jij op zoek naar een rijke
ervaring en wil jij met Dutch Don´t Drown het avontuur
aan gaan om jonge kinderen te redden van de
verdrinkingsdood? Meld je dan aan bij Dutch Don´t
Drown via info@dutchdontdrown.nl
Het project valt of staat natuurlijk met de zweminstructeurs.
Zij moeten de passie hebben om deze jonge kinderen te helpen en
volwassenen te helpen om het verder voort te zetten.
‘‘
ZWEMBADBRANCHE 33
34. Momenteel analyseert het Kenniscentrum Multifunctionele Leisure
Locaties (KCMLL) in samenwerking met Centre of Expertise for
Leisure, Tourism & Hospitality (CELTH), onder leiding van projectleider
Pim Dopheide, de toekomst van openluchtzwembaden als
multifunctionele locatie. Om tot dit doel te komen, richt KCMLL zich
bij haar analyses op benchmarking, belevingsconcepten, business-
& verdienmodellen en leisure regie. Het kenniscentrum streeft
ernaar bij haar onderzoeken zoveel mogelijk partners vanuit het
werkveld te betrekken. Zo zijn exploitanten, adviesbureaus en
overheden benaderd om vraagstukken in te brengen en onderling
kennis te delen. Het eerste deel van de analyses worden
uitgevoerd door studenten Vrijetijdsmanagement van Academy for
Leisure onder leiding van een team docenten. Zij hebben zich
gefocust op de benchmarking en de belevingsconcepten.
In de eerste ronde zijn drie projectgroepen aan de slag gegaan. Er
is een nulmeting gedaan met betrekking tot onder andere het
aantal zwembaden, de verdienmodellen die worden gehanteerd
en de mate waarin multifunctionaliteit zou kunnen worden
toegepast, zo licht de projectleider Pim Dopheide toe. “Gelijktijdig
zijn twee projectgroepen aan de slag gegaan voor de gemeente
Drimmelen. Vanuit deze gemeente lag het verzoek om voor de
twee buitenbaden, het Puzzelbad in Terheijde en de Randoet in
Made, exploitatiemodellen te onderzoeken die de
multifunctionaliteit van de accommodaties zou kunnen vergroten.
De verkregen resultaten in Drimmelen hebben geen status, maar
zijn wel een concreet voorbeeld van hoe met een openluchtbad
kan worden omgegaan.”
Onderzoek de Randoet
De projectgroep van het zwembad in Made werd gevorm door de
vierdejaars studenten Tonnie Raaijmakers en Wim Strijbosch. De
studenten hebben de zwembaden bezocht en zijn vervolgens
begonnen met het schrijven van een businessplan. Volgens
Raaijmakers was dit nog best lastig aangezien veel data niet te
vinden of te verkrijgen waren. “In de terugkoppeling die we
hebben gedaan bleek uiteindelijk dat de gemeente Drimmelen op
zoek was naar nieuwe belevingsconcepten voor de buitenbaden.
We zijn toen door middel van imagineering aan de slag gegaan
met het ontwikkelen van belevingsconcepten en hebben dat
vertaald naar productniveau.” Strijbosch vervolgt: “Imagineering
draagt bij tot het ontwikkelen van een gevoel bij gasten. Het doel
is emotionele binding te ontwikkelen bij het bad, dat leidt tot een
positieve houding bij gasten. Met als gevolg dat gasten er voor
kiezen om vaker terug te komen.”
Proces
De projectgroep is gestart met een interne en externe analyse op
micro-, meso- en macroniveau. Strijbosch: “Wat wij zelf al belangrijk
vonden is dat authenticiteit in een regio van belang kan zijn om iets
unieks te ontwikkelen. Wat ligt er in het gebied, waar staat het gebied
om bekend, wat is er al en wat mist er nog? Daar hebben we
aandacht aan besteed. Met die analyse zijn we op de Biesbosch
uitgekomen, een gebied waar de natuur centraal staat.” De
vervolgvraag was toen met welke producten dat gevoel kan worden
overgebracht. Uiteindelijk is hieruit een productconcept gekomen.
Naast de eigen analyses op basis van deskresearch heeft de
projectgroep een focusgroep opgezet. Hiervoor is een oproep in het
plaatselijke huis aan huisblad geplaatst, daarnaast is facebook als
internetmedium gebruikt. Belangrijke voorwaarden voor een
focusgroep zijn volgens Raaijmakers dat deze niet te groot mag zijn,
ongeveer acht tot twaalf deelnemers, en met een zo breed mogelijke
vertegenwoordiging van gebruikers. “Verder is het de bedoeling om
binnen de groep met iedereen de interactie aan te gaan. Zo ontstaan
meerdere meningen die nodig zijn om een vraag beantwoord te
krijgen. Dat betekent dus dat zo goed mogelijk moet worden
doorgevraagd.” Iedereen roept namelijk wel beleving, maar volgens
Strijbosch is het belangrijker om eens echt op zoek te gaan naar wat
beleving nou daadwerkelijk betekent voor een gast. “Beleven is
subjectief. Dat is niet iets algemeens dat je iedereen op kunt leggen.
‘Imagineering: een zwembad-
praktijkvoorbeeld‘
In 2011 is door NHTV internationaal hoger onderwijs Breda het Kenniscentrum Multifunctionele Leisure
Locaties opgericht. Het waren met name Sandra Reusen en Theo Hutten, beiden lector aan de Bredase
Hogeschool, die op basis van onderzoek de steeds belangrijkere rol van leisure en duurzame waarde-creatie
binnen gebiedsontwikkeling aantoonden. Het doel van het Kenniscentrum is actief onderzoek te doen en
kennis te bundelen over de ontwikkeling en exploitatie van multifunctionele leisure locaties. Deze kennis
wordt gedeeld met overheden, ondernemers en onderwijsinstellingen.
34 ZWEMBADBRANCHE
35. Iedereen doet dat op zijn eigen manier. Op het moment dat je weet
waarom gasten specifiek voor jouw accommodatie kiezen en de
omgeving van het bad uniek maakt, ben je veel sneller in staat een
uniek concept te ontwikkelen.” Tijdens de groepsdiscussie bleek dat
de deelnemers wat misten bij de Randoet. Er werd gesproken over
veel sfeer, een bepaalde atmosfeer die op een strandje bij de
Biesbosch heerst. Wat bleek is dat, zowel volwassenen als kinderen,
daar graag naar toe gaan. De bewoners van Drimmelen zien de
Biesbosch als wezenlijk onderdeel van de gemeente. Dat soort
uitspringers zijn vervolgens gebruikt als basis van het concept en om
zo dat gevoel over te brengen naar het zwembad. Opmerkelijk
volgens Raaijmakers was dat in vergelijk met het gelijktijdige
onderzoek naar het Puzzelbad bleek dat bij die focusgroep andere
aspecten een rol speelden bij de ontwikkeling van het concept. “Wat
bij die groep vooral een rol speelde waren de ongeplande sociale
contacten, het samen zijn. Die projectgroep heeft zich daar dus vooral
op gericht. Terwijl wij meer op beweging, gezondheid en plezier
zaten. Eigenlijk twee totaal verschillende richtingen.”
Conceptontwikkeling
Wat de studenten opviel tijdens het macro-onderzoek is dat
nieuwe toevoegingen aan een zwembad snel hun waarde
verliezen. Een glijbaan of andere objecten worden al snel niet
meer als uniek gezien. Voor het ontwerp is daarom uit gegaan van
de natuur als bron van gezondheid en ontspanning. Strijbosch: “Bij
het strand hebben we ons laten leiden door onze Disney-ervaring.
Het is een belevingstoevoeging om het compleet te maken. De
focus ligt er niet op, maar versterkt wel het gevoel van een
natuurlijke omgeving in plaats van een betegelde bak water en
een kaarsrecht grasveld.” In het voorgestelde ontwerp staat de
zwemvijver centraal, waarbij het zwemwater zonder chemicaliën,
maar met veel flora en fauna, biologisch in balans wordt
gehouden. Dit principe wordt in Nederland nog niet in openbare
gelegenheden toegepast, in tegenstelling tot bijvoorbeeld
Duitsland. Volgens Raaijmakers wel een logische ontwikkeling
omdat uit het onderzoek ook weer eens duidelijk werd dat
enerzijds subsidies voor zwembaden teruglopen en anderzijds er
steeds meer aandacht komt voor energiebesparing en duurzame
methoden van waterzuivering. “Er is nog nagedacht over een
slechtweeraccommodatie, maar daarvoor hebben we uiteindelijk
niet gekozen. Dat blijkt te duur en in het geval van de Randoet te
ingewikkeld. We wilden het karakter van openluchtbad als unique
sellingpoint handhaven.”
Financieel
De projectgroep heeft ook een financiële doorrekening van het
concept gemaakt. Het totale plan -dat behalve de ombouw naar
een natuurgezuiverd bad ook bestaat uit een speeltoestel, een
beweegtuin en een spraypark- omvat een investering van naar
schatting 1,2 miljoen euro. Op basis van gegevens van Grontmij
heeft het bad circa 45.000 bezoeken op jaarbasis, waarbij de laatste
jaren een lichte stijging waarneembaar is. De studenten hebben
een drietal scenario’s onderzocht. In het eerste scenario doet een
exploitant de investering, in het tweede investeert de gemeente
eenmalig met als consequentie dat de jaarlijkse subsidie vervalt en
in het laatste geval wordt een lening aangegaan. Daarbij is gekeken
naar de consequenties bij gelijkblijvend bezoek en bij een stijging
van het bezoekersaantal met 5%. Het meest gunstige model is
wanneer de gemeente een éénmalige investering doet. Dat is
onder meer gunstig omdat je dan geen renteverliezen hebt. En
voor de gemeente is het voordeel dat de jaarlijkse subsidie van
€ 250.000,00 vervalt (red: voor drie accommodaties binnen de
gemeente Drimmelen). Bij stijging, maar ook bij gelijkblijvend
bezoek, zou de exploitatie positief kunnen worden afgesloten.
Daarbij zit een deel van de winst ook in de energiebesparende
maatregelen. Een mooi scenario voor de toekomst.
Eduard Leurs
35ZWEMBADBRANCHE
36. “Het schoonhouden van uw bad is een tijdrovende, maar belangrijke klus. Wij van pomaz,
kiezen daarom voor Dolphin. Deze intelligente, automatische bodemzuigers kunnen u een flinke
tijdsbesparing opleveren. Omdat u als houder van een openbaar bad gebaat blijft bij snelle
service, beschikken wij daarnaast over een eigen Dolphin-servicecentrum aan huis, zodat uw
zuiger binnen 48 uur weer uw oude, meest intelligente zuiger is.”
het is er al...
Spaarpot 5 5667 KV Geldrop T +31 (0)40 285 66 58 E info@pomaz-openbaar.nl W pomaz.nl
pomaz is al 35 jaar leverancier van Nederlands’ grootste en meest actuele assortiment aan zwembad-
onderdelen. Maar er is meer. Wij zijn gedreven, hebben lol in ons vak en delen graag onze kennis en
inzichten. We willen uw collega zijn in het opvrolijken van onze markt, met de gezamenlijke ambitie: via
meer, naar het beste. Voor U! We willen graag samen met u kijken naar meer oplossingen, die er dus
vaak al zijn. Omdat wij daar trots op zijn, zitten wij graag met u om de tafel om daar meer over te vertellen.
37. Terugblik op een geslaagd
PAO Symposium Zwembaden
Inhoudelijke stand van zaken van de voorgenomen
Bhvbz-wijzigingen
Leo Keltjens (Aqualab Zuid) vroeg zich in zijn betoog af of de
branche bereid is te investeren in gezond en veilig zwemwater.
Voortschrijdend inzicht, met name in ons omringende landen,
leert dat de huidige in Nederland gehanteerde
zwemwaternormen eigenlijk achterhaald zijn. Hij is het eens met
het voorstel van de werkgroep van professor Peter Appel (Advies
expertgroep Veilig en Gezond zwemmen in de nieuwe
wetgeving december 2012) om weer eigentijdse veilige en
hygiënische normen voor het zwembad te krijgen. Wij weten nu,
20 jaar later, dat het chloor-ongevoelige parasiet Cryptosporidium
in zwemwater voorkomt. Maar ook legionella heeft zijn intrede
gedaan en nog veel meer microbiologische besmettingen.
Tevens is er nu ook veel meer bekend over trihalomethanen en
trichlooramines, chloorverbindingen (desinfectie bijproducten)
die je niet in een te hoge concentratie in je zwemaccommodatie
wilt hebben. Ook op kennisniveau pleit Keltjens voor een
verbeterslag. Een goed circulatie-ontwerp is van cruciaal belang.
Haal de oude school- en studieboeken dus maar weer eens uit
de kast want het zandfiltratieprincipe is de laatste 100 jaar niet
veranderd. Wat Keltjens betreft: heiligt het doel gezond en veilig
zwemmen, de middelen?
Juridisch kader en consequenties van de voorgenomen
Bhvbz-wijzigingen
Luc Vosters (De Waterman juridisch advies) ging in zijn presentatie
nader in op de juridische kant van de nieuwe
zwemwaterregelgeving. Belangrijk is het onderscheid tussen de
huidige middelvoorschriften en de nieuwe doelvoorschriften. De
sturingsfilosofie bij doelvoorschriften is geheel anders dan wij nu
gewend zijn. Kun je bij middelvoorschriften in de oude Bhvbz nog
volstaan met het afvinken van maatregellijstjes, bij de
doelvoorschriften in de gewijzigde Bhvbz komt het aan op kennis,
kunde en ervaring van de exploitant. Verantwoordelijkheden zijn
pas begrijpelijk als wij inzicht hebben in de doelstelling van de
Het 2-jaarlijkse symposium zwembaden -georganiseerd door Post Academisch Onderwijs (PAO) in samenwerking
met de TU Delft , Hellebrekers technieken, Sportfondsen Nederland en ZwembadBranche- vond 3 februari 2014
weer plaats. Met ruim 210 bezoekers is het overduidelijk een bijeenkomst die de branche niet wil missen, er
was zelfs een toegangsstop. Het doel van dit symposium was het creëren van een platform met presentaties
en discussies over de laatste technische ontwikkelingen. De actuele hoofdthema’s waren de inhoudelijke stand
van zaken van de voorgenomen Bhvbz-wijzigingen, het juridisch kader en de consequenties van de
voorgenomen Bhvbz-wijzigingen, duurzaam zwembadontwerp en lopende onderzoeken. Een korte terugblik.
ZWEMBADBRANCHE 37
38. regelgeving en de sturingsfilosofie. Het doel is hygiëne en
veiligheid voor gebruikers en bezoekers in onze
zwemaccommodaties en de sturingsfilosofie is de nieuwe
doelenwetgeving. In de gewijzigde Bhvbz worden 7
veiligheidsgebieden en 8 hygiëne gebieden (afhankelijkheden)
beschreven. Van die gebieden moet elke zwemaccommodatie een
risicoanalyse en een beheersplan opstellen en daar ook naar
handelen. De zogenaamde zorgplicht. Eindverantwoordelijk in dit
hele proces is de exploitant of de houder van de accommodatie
die daar zowel strafrechtelijk als civielrechtelijk voor aansprakelijk
gesteld kan worden. De provincies krijgen ook een andere rol, zij
zullen meer toetsen of het proces van de zorgplicht op orde is en
of aan de diverse (nieuwe) parameters wordt voldaan. Hier hoort
dan ook de nieuwe parameter voor de lucht in de zwemzaal bij
(trichlooramine). De vraag die volgens Luc nog boven de
zwembadmarkt blijft hangen is: kan de zwembadbranche met de
nieuwe regelgeving voldoende uit de voeten?
Beheersmaatregelen
Wilfred Reinhold (Ministerie Infrastructuur en Milieu) gaf een
lezing hoe de overheid nu aankijkt tegen invulling van de
zorgplicht. Met hierbij de vraag: hoe moet je nu een RI&E en
beheersplan opstellen? In de branche is het werken met het
instrument RI&E en beheersplan bekend. Op diezelfde wijze
zullen 15 afhankelijkheden, zoals Luc Vosters ze beschreef, ook
geborgd moeten worden in de zorgplicht. Diverse partijen zijn al
bezig inhoud te geven aan dit proces zodat niet iedereen het
wiel op zijn eigenwijze gaat uitvinden. Het grote voordeel om te
werken vanuit een zorgplicht is dat de exploitant zelf keuzes kan
maken hoe hij het doel wil bereiken en hij kan daar ook
innovatief in handelen. De exploitant wordt dan niet meer
beperkt door de middelvoorschriften en kan direct ook
verantwoord creatief besparingen realiseren.
Duurzaam zwembadontwerp
Guus Westgeest (TU Delft) zette de duurzame ontwikkelingen van
het laatste decennia nog eens op een rij en kwam tot de conclusie
dat de meeste ontwerpers niet denken vanuit gebruik, maar nog
steeds vanuit concept en structuur. Duurzame ontwikkelingen
omvatten meer dan energiebesparende maatregelen in de strijd
tegen klimaatverandering. Guus heeft zelf al als architect een aantal
bijzondere zwembadontwerpen op zijn naam staan. De eerste
dateert uit 1984, het zwembad Aquamar te Katwijk. Hij vatte een
duurzaam ontwerp filosofisch als volgt samen: Er wordt op een
dergelijke manier gebouwd dat aan de huidige vraag wordt
voldaan zonder dat dit de mogelijkheden van andere volken en
toekomstige generaties beperkt. Ontwerpen doe je niet alleen en
hij riep specialisten in het vakgebied van de zwembadbranche dan
ook op om over de schutting heen te kijken. De meeste technische
ontwerpers denken nog te veel vanuit hun eigen kaders. Op basis
van een door hem gepresenteerd 5 stappenplan kan het duurzame
ontwerp handen en voeten krijgen.
Lopende onderzoeken
Marjolein Peters (TU Delft) doet onderzoek naar het minimaal
benodigde vrij chloorgehalte dat in een zwembad nodig is om te
spreken van een gezond en veilig zwembad. Oftewel, waar ligt de
grens zodat men redelijkerwijs niet ziek wordt van micro-organismen.
Hoe minder chloor, hoe beter dus. Een chloorvrij zwembad is nog
een stip aan de horizon. Maar je kan wel kijken en zoeken naar een
minimaal chloorgehalte, temeer omdat chloor altijd vervelende
desinfectie bijproducten oplevert. Om de chloorbehoefte vast te
stellen moet je weten welke micro-organismen er in het zwemwater
voorkomen. Vanwege de diverse meetmethoden is dat lastig en de
TU Delft is aan het onderzoeken of een DNA-test snellere en betere
resultaten oplevert dan de huidige gangbare kweekmethoden.
Helaas zijn de onderzoeksresultaten op dit terrein nog niet
ZWEMBADBRANCHE38
39. bemoedigend. Om van een gezond en veilig zwembad te spreken
staat vast dat het minimale vrij beschikbaar chloorgehalte minimaal
0,5 mg/l moet zijn. In de praktijk is dat nog een hele toer om dat op
alle plekken in het bassin te realiseren.
Internationale congres Swimming Pool & Spa
Maarten Keuten (TU Delft/Hellebrekers) maakte ons er allereerst op
attent dat we trots mogen zijn dat het belangrijkste
wetenschappelijk zwembad congres van de wereld op 17 tot 20
maart 2015 in Nederland wordt gehouden. Dit internationale
congres Swimming Pool & Spa vindt plaats in Amsterdam. Een
datum om dus alvast te noteren. Als zwemmers brengen wij vuil in
het zwemwater en dat moet door chloor worden geëlimineerd. Met
alle gevolgen van dien zoals de ongewenste desinfectie
bijproducten. Een belangrijke stap in het reinigingsproces is van te
voren douchen en een toilet bezoeken. Maarten doet onderzoek
naar het effect hiervan. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Zo
heeft hij in 4 zwembaden douchecabines geplaatst waar hij exact
de vuilafgifte tijdens het douchen kan bepalen. Ook heeft hij in het
TU-laboratorium een ondergedompelde crosstrainer geplaatst om
de vuilafgifte tijdens de inspanningen bij het zwemmen vast te
stellen. Een publicatie van de eerste resultaten zouden dit
onderzoek kunnen beïnvloeden aangezien het nog bezig is. Maar
een ding staat al vast: vooraf douchen en naar het toilet gaan
reduceert de badbelasting en heeft substantiële invloed op de
exploitatie. Binnenkort promoveert Keuten op dit onderwerp en
weten we meer.
Chris van Veluwen
40. Alle kritische bedrijfsprocessen in één keer goed regelen en meteen kosten besparen en de
efficiency van de organisatie verbeteren. Met Managed Services van Hollander Techniek is het
allemaal mogelijk. IT Adviseur Mark de Jong vertelt over de winst van slimme combinaties, mee-
bewegen met de markt en hoe de nieuwste technologie ook voor zwembaden betaalbaar wordt.
De nieuwste technologie direct
beschikbaar, zonder dure investeringen
Het verhaal van Mark de Jong is herkenbaar, voor iedereen in de
zwembadbranche. Nieuwe media, voortschrijdende technieken,
meer communicatiemiddelen, ze bieden kansen. Maar is er geld
voor? Willen zwembaden op dit moment investeren in online
technologie? Zien ze de meerwaarde van een goede, betrouwbare
en veilige infrastructuur? Kiezen ze voor een professionele hosted
IP-telefonieoplossing, zo mogelijk in combinatie met WiFi,
toegangscontrole, cameratoezicht en werkplek-automatisering? Het
antwoord is duidelijk: natuurlijk willen exploitanten van
zwembaden al hun bedrijfsprocessen graag stroomlijnen, efficiënter
maken en kosten besparen. Om meteen te vervolgen met de
bezwaren: het noodzakelijke budget ontbreekt, net als de vereiste
kennis. De Jong: ‘’Grote investeringen zijn op dit moment natuurlijk
een issue in de zwembadwereld. De financiële middelen zijn
schaars, er komen nog bezuinigingsrondes aan, de onzekerheid is
groot en dat zorgt weer voor vertraging in de besluitvorming, en
waarschijnlijk uitstel. Tegelijkertijd voelt iedereen de noodzaak om
de kwaliteit van de dienstverlening te verbeteren. In dat
spanningsveld valt het niet mee om besluiten over structurele
investeringen te nemen. Zeker niet omdat in veel zwembaden een
systeembeheerder ontbreekt. Vaak is het nog iemand van de
financiële administratie die IT er even bij doet. Kortom, de drempel
voor nieuwe technologie voor het midden- en kleinbedrijf, en ook
voor zwembaden, is vaak nog te hoog.’’
Uniek in de markt
Voor Hollander Techniek was bovenstaande een aanleiding om de
genoemde diensten toegankelijk en praktisch toepasbaar te maken.
Met diverse pilots werden de mogelijkheden in de markt verkend.
Bewust werd gekozen voor een eigen ontwikkeling, waarbij alle in
de organisatie verzamelde kennis werd ingezet. Natuurlijk is
Hollander Techniek in de branche vooral bekend om de brede
kennis en ervaring op het gebied van waterbehandeling,
luchtbehandeling en de besturing van deze systemen. Wat nog wel
eens uit het oog verloren wordt: Hollander is ook een
vooraanstaande en innovatieve speler in markten als IT en
beveiliging, specialismen die tot dusver vooral worden ingezet in
de utiliteit. In Managed Services komt al die kennis bij elkaar op
een manier die uniek is in de markt. De Jong: ‘’We zijn
onderscheidend door onze kwaliteit en de combinaties van al die
disciplines in één systeem.’’
Beveiligde dataverbinding
In december vorig jaar werd de website www.helemaalhollander.nl
gelanceerd en vond de officiële kick-off van het nieuwe concept
plaats. In de zwembadwereld is volgens De Jong enthousiast op
Managed Services gereageerd. Een belangrijk concurrentievoordeel:
Hollander maakt uitsluitend gebruik van een beveiligde
dataverbinding (IP-VPN), waarbij het bedrijfsnetwerk volledig
gescheiden blijft van andere netwerken en het internet. Dankzij
deze ‘private cloud’ hoeft niemand bevreesd te zijn voor het
zoekraken van data of het ongewenst inzien van vitale
bedrijfsgegevens door derden, één van de grote kwesties van deze
tijd. De Jong: ‘’Werken in de cloud wordt door alle recente
ontwikkelingen soms als risicovol gezien. Wij maken echter geen
gebruik van externe servers, waardoor alle bedrijfsgegevens
volkomen veilig blijven. Nog een groot voordeel: voor alle
verschillende diensten is in totaal maar één verbinding nodig.’’
Flexibiliteit
Met Managed Services kunnen zwembaden volledig worden
ontzorgd en krijgen ze de beschikking over de functionaliteit van
grote nieuwe systemen. De Jong: ‘’GSM-integratie, remote werken
en WiFi, alles direct beschikbaar, zonder dat je zelf alle IT-kennis in
huis hoeft te halen. En wij zorgen ervoor dat alles optimaal blijft
draaien.’’ Met een professionele hosted IP-telefonieoplossing
besparen zwembaden volgens De Jong direct kosten. ‘’Eigen ISDN-
of analoge lijnen zijn niet langer nodig. Met één verbinding zijn alle
diensten op de meest eenvoudige manier op te schalen. Iedereen
kan met onze hosted WiFi dienst bovendien altijd en overal
ZWEMBADBRANCHE40
41. draadloos werken. Alle diensten zijn modulair opgebouwd en
maken deel uit van een full-service oplossing die kan meegroeien,
of meekrimpen als het moet, met de schaal van de organisatie. Die
unieke combinatie van diensten, de flexibiliteit en de lage
investeringen maken dit ook voor zwembaden tot een
aantrekkelijke oplossing. Zeker in deze tijd.’’
Marktpositie
Voor zwembaden is bijvoorbeeld ook de tot het concept behorende
toegangscontrole een interessante optie. De Jong: ‘’Veel
zwembaden maken deel uit van multifunctionele gebouwen en
hebben zelf ook weer ruimten die aan derden worden verhuurd.
Met een tag kun je precies regelen wie en waar toegang heeft, en
op welk moment.’’ In het verlengde daarvan ligt het cameratoezicht
via een beveiligde IP-VPN dataverbinding die ook tot de
beschikbare modules van de Managed Services behoort. De
hosted werkplek-automatisering levert een positieve bijdrage aan
zowel interne als externe bedrijfsprocessen en zorgt op die manier
voor tevreden werknemers en bezoekers. Zo verstevigt de moderne
techniek volgens De Jong de marktpositie van zwembaden in de
vrijetijdsindustrie. ‘’Zonder dat grote investeringen nodig zijn in
hardware, software of IT-expertise. Geld dat beschikbaar blijft en de
zwembaden op hun beurt kunnen inzetten voor hun
kernactiviteiten.’’
Betrouwbare partner
Nieuwe technieken brengen ook veranderingsprocessen in
organisaties met zich mee, waarbij het team van Hollander
Techniek door veel zwembaden als een betrouwbare en
deskundige partner wordt gezien. De volledig geïntegreerde hosted
oplossingen worden ondersteund door een 24/7 serviceteam dat
bij eventuele storingen snel ter plaatse is, of op afstand zorgt voor
de continuïteit en optimalisatie van bedrijfsprocessen. Ook een drie
jaar durende garantie op alle onderdelen van het concept boezemt
vertrouwen in. De Jong verwacht dat Managed Services in de
zwembadwereld binnen de kortste keren hun bestaansrecht zullen
bewijzen. ‘’Dit concept is flexibel, up-to-date, kostenefficiënt en
veilig. Ook voor zwembaden komen de nieuwste technieken nu
direct beschikbaar, zonder dure investeringen. Het is een oplossing
die helemaal past bij deze tijd en zwembaden helpt bij verdere
professionalisering en verbetering van hun product.’’
41ZWEMBADBRANCHE
42. Uw professionele partner voor de complete installatie en onderhoud van zwembaden. Van waterzuivering,
desinfectie tot en met luchtbehandeling. Ontwerpen, installeren en realiseren. Een specialisme waarvan we
de slag superieur te pakken hebben.....van A tot Z, van advies tot zwembad.
Apeldoorn | Almere | Amersfoort | Almelo | info@hollandertechniek.nl
We hebben de slag
superieur te pakken
WWW.VARIODECK.NL
energiebesparing in
een handomdraai
43. UITHETWATERDe opening van het nieuwe buitenbadenseizoen is alweer in
zicht. En ook de binnenbaden richten zich binnenkort weer
op het zomerseizoen. Vaak is het moeilijk om voor dit
seizoenswerk personeel te vinden. Het laten scholen van
eigen werknemers is een alternatief. Speciaal voor
vakantiekrachten en weekendhulpen is er de opleiding
Lifeguard/ Toezichthouder voor Hulpkrachten. Deze cursus
heeft tot doel in korte tijd de belangrijkste vaardigheden van
het vak te leren kennen en te beheersen. De cursus duurt
twee dagen van zes uur, inclusief het afsluitend
praktijkexamen Zwemmend Redden voor Lifeguard in
zwembaden. Deze tweedaagse opleiding wordt aangeboden
op 10 en 11 mei in Harderwijk en op 17 en 18 mei in
Papendrecht. Voor organisaties die meerdere hulpkrachten op
willen leiden en voor regionale samenwerkingsverbanden is
er de mogelijkheid om deze opleiding in company te laten
verzorgen. Dit biedt zowel organisatorisch als financieel extra
aantrekkelijke mogelijkheden.
Voor meer informatie www.nbz.nl
Vakantiekrachten en weekendhulpen
Dit jaar vindt van 21 tot en met 24 oktober Interbad plaats. Elke twee jaar
laat deze beurs zijn licht schijnen op de zwembranche. In 2012 is menig
record gebroken. Met ruim 15.000 bezoekers en meer dan 500
exposanten toen, ligt de lat nu hoog om dit te overtreffen. Maar de
beursorganisatie streeft ernaar om ook deze editie weer een beurs neer
te zetten met een breed aanbod waarmee je als bezoeker in een korte
tijd weer helemaal bij bent.
Met deze mooie cijfers laat Interbad zien dat het een beurs is van allure
die past binnen de huidige tijdsgeest. Een mooie mijlpaal voor de beurs
zelf, maar zeker ook voor de zwembranche. Een beurs als Interbad is
een uitgelezen kans om elkaar te ontmoeten en te inspireren. En zoals je
inmiddels gewend bent is het aanbod groot en breed, maar evengoed
ook nog overzichtelijk. Zoals gebruikelijk laten de exposanten hun meest
recente paradepaardjes zien. Maar ook de klassiekers, voorzien van de
laatste trends, worden tentoongespreid. Trends en ontwikkelingen gaan
immers snel, maar blijven niet onopgemerkt voor de bezoekers van
Interbad. Zo is er ook weer volop aandacht voor innovatie op het
innovatieplatform. Voor het eerst dit jaar is aan dit platform ook een
publieksprijs gekoppeld, bezoekers kunnen bij aanvang hun favoriet
kiezen.
Het grootste aanbod is gericht op de zwembadbranche, daarnaast kun je
ook terecht voor de sauna’s en spa’s. Naast het grote aanbod aan
exposanten is er ook dit jaar weer een uitgebreid raamprogramma
samengesteld, toegespitst op de huidige trends en ontwikkelingen. Dit
alles maakt Interbad tot een ideale omgeving voor professionals om
ervaringen en informatie uit te wisselen. Maar ook om het netwerk uit te
breiden en up to date bij te blijven met de laatste trends en
ontwikkelingen met betrekking tot de zwembaden, sauna’s en wellness.
Voor meer informatie www.interbad.de
Interbad
Voor de derde keer op rij vindt de Midzomernachtduik plaats, dit jaar op vrijdag
20 juni. Maar dit jaar wel voor het eerst samen met Spieren voor Spieren. Een
samenwerking waar zowel Spieren voor Spieren als ZwembadBranche trots op
is. Hiermee kan er immers in veel zwembaden gezwommen worden om geld
in te zamelen voor kinderen met een spierziekte. Heel toepasselijk zal Olympiër
Nick Driebergen optreden als ambassadeur van de Midzomernachtduik.
De Midzomernachtduik is een landelijk evenement bedoeld om de
zwembaden in Nederland hiermee extra onder de aandacht te brengen. Iedere
accommodatie is vrij in het samenstellen van het programma. Daarnaast
kunnen zwembaden dit jaar ook geld kunnen inzamelen voor het goede doel.
Alle deelnemende zwembaden ontvangen van Spieren voor Spieren suggesties
voor fondsenwervende activiteiten. Een vast programma onderdeel zal
sponsorzwemmen voor kinderen zijn. De landelijke opbrengst van de
Midzomernachtduik 2014 wordt direct ingezet voor de realisatie van nieuwe
onderzoeken naar spierziekten bij kinderen.
Gezonde spieren voor zieke spieren
Kinderen moeten onbezorgd kunnen rennen, fietsen, spelen en sporten. Voor
zo’n 20.000 kinderen in Nederland is dit niet vanzelfsprekend, zij hebben een
spierziekte. Spieren voor Spieren helpt deze kinderen door op sportieve wijze
fondsen te werven. De opbrengsten gaan naar onderzoek en de verbetering
van het diagnosetraject. Daarnaast organiseert zij regelmatig leuke evenementen
voor kinderen met een spierziekte. De wens van Spieren voor Spieren richting
de toekomst is om meerdere Expertisecentra mogelijk te maken.
Doe je mee?
Met de Midzomernacht luiden we dus niet alleen de zomer in, maar kunnen
we ook een steentje bijdragen aan Spieren voor Spieren.
Voor meer informatie en aanmelden www.zwembadbranche.nl/
midzomernachtduik
Midzomernachtduik
ZWEMBADBRANCHE 43
44. UITHETWATER
Bijna elke week komt er bij ons wel een melding binnen van
een zwembad waar mogelijk een aanbestedingsprocedure
plaats gaat vinden. Vrijwel altijd gaat het hier om zwembaden
waarbij de gemeente een flink deel van de kosten subsidieert
en waarvan het contract met de huidige exploitant afloopt.
Soms gaat het om zwembaden die overgaan van de ene naar
de andere exploitant, soms stoot de gemeente een bad af en
soms wordt er een nieuw zwembad geopend.
Op het moment dat de aanbestedingsprocedure begint mogen
commerciële partijen een offerte uitbrengen en moeten deze
partijen vaak een presentatie geven. Aan de aanbesteding ligt
een gemeentelijk bestek ten grondslag waarin de specifieke
voorwaarden voor de aanbesteding worden opgenomen.
Vervolgens begint de procedure… Wie komt er als winnaar uit
de bus? Wij zien dat gemeenten in toenemende mate vrijwel
alleen lijken te kijken naar die aanbieder die tegen de laagste
prijs een zwembad kan exploiteren. Voor een gemeente is dit
op korte termijn aantrekkelijk… maar is het goed voor de
sector, kwaliteit en veiligheid?
Wij denken van niet. Iedereen in de zwembranche weet dat er
bij het runnen van een zwembad twee grote kostenposten
zijn: energie en personeel. We weten ook dat aan de
energierekening niet snel veel gedaan kan worden. Blijft over:
het personeel. Je voelt hem misschien al aankomen. Een
commerciële partij die graag de gunning van de gemeente wil
hebben en vervolgens zo laag mogelijk inschrijft moet ergens
een efficiencyslag maken. Hierbij wordt er al erg snel gekeken
naar het personeel om er zelf als commerciële partij nog aan
te kunnen verdienen. Van de werknemers die in de branche
werken horen we dit ook vaak terug. De
aanbestedingsprocedure zorgt vaak al voor onzekerheid bij
werknemers. Wat zijn de plannen van nieuwe aanbieder? Wie
wordt mijn nieuwe werkgever? Hoe gaat mijn werk eruit zien?
Hoewel er bij aanbestedingen vaak sprake is van ‘overgang
van onderneming’ en de rechten en plichten van werknemers
in principe 1-op-1 mee overgaan, merken wij in de praktijk dat
werknemers uiteindelijk toch te maken krijgen met (flinke)
verslechteringen. Een gemiste kans en op lange termijn funest
voor de branche. Aanbesteden? Het kan een stuk socialer!
Sander Wesdorp - Bestuurder Sport, Bewegen & Recreatie
Wil je reageren op deze column,
mail naar recreatie@abvakabo.nl
Socialer aanbesteden
Deze titel suggereert haast iets negatiefs, het tegendeel is waar. Laco
Nederland en pomaz weten elkaar juist goed te vinden als het over het
schoonmaken van het zwembad gaat. Inmiddels zijn diverse vestigingen
van Laco Nederland tevreden gebruikers van de Dolphin professionele
bodemzuigers, geleverd en ondersteund door pomaz. Op basis van een
persoonlijke benadering vooraf wordt er een toestel gebruikt die in de
betreffende situatie het beste past. Advies op maat, gedacht vanuit de
gebruiker. Een gedegen advies of demo ter plekke alleen is echter niet
voldoende, pomaz hanteert en garandeert tevens een strak beleid bij
service en/of calamiteiten van de genoemde bodemzuigers. Laco
Nederland vraagt namelijk niets meer dan een effectieve en
gestructureerde reiniging, binnen de daarvoor bestemde tijd. Maar Laco
Nederland en pomaz weten elkaar niet alleen op het vlak van
bodemzuigers goed te vinden. Beide professionele organisaties spreken
over een groeiende samenwerking met tevens een drang naar innovatie
en vernieuwing.
Voor meer informatie www.pomaz.nl/openbare-sector
of kijk voor meer projecten op de pomaz Facebook pagina.
Laco en pomaz
hebben er schoon
genoeg van
ZWEMBADBRANCHE44
45. column
Op 12 maart 2014 was het dan zover, het eerste ZwembadBranche Congres. Om 7 uur startten we met
een heerlijk ontbijt om zo de dag in te gaan. Jos Burgers verraste de ruim 200 aanwezigen direct door
op een amusante manier te vertellen dat verkoop eigenlijk een simpel abc’tje is. Tijdens de
paneldiscussie waren er behoorlijk veel kritische noten. Uit de discussies, maar ook in de gesprekken
die ik naderhand voerde met diverse aanwezigen, bleek maar eens te meer dat bijna iedereen vindt
dat er centrale afspraken moeten worden gemaakt over het behalen van zwemdiploma’s. Hopelijk
worden hierin binnenkort concrete stappen ondernomen.
Nadat wij veel hebben gelachen en hebben opgestoken van Jos Burgers en de paneldiscussie,
begonnen de workshops. Voor onze eigen workshop was er helaas wat minder animo, maar toch heb
ik de aanwezigen kunnen vertellen wat de verschillende manieren zijn waarop je je klanten kunt
bedienen en waarom dit zo belangrijk is. Het belang van een goede front office stond centraal in onze
workshop. Wellicht heb ik dat in de aankondiging te weinig naar voren gebracht, waardoor
waarschijnlijk velen dachten dat de presentatie een demonstratie zou worden van onze nieuwe
kassasoftware WinConsyst® 10.
De topsportbenadering van Marc Lammers zorgde ervoor dat er tranen in onze ogen sprongen. Vooral
door het filmpje over de atleet Derek Redmond die hij liet zien. Deze atleet liep in 1992 mee aan de
halve finale van de 400 meter tijdens de Olympische Spelen in Barcelona, maar hij werd geveld door
een zweepslag in zijn hamstring. Toch gaf hij niet op en samen met zijn vader ging hij door tot de
finish met een staande ovatie tot gevolg. Dit verhaal weerspiegelde Marc Lammers op de werkwijze
van het zwembad, wat ons allen behoorlijk aan het denken heeft gezet.
Al met al een zeer succesvol en leerzaam congres die zeer werd
gewaardeerd door de aanwezigen. De mensen die zich niet hebben
aangemeld, hebben wat gemist. Kennis delen met elkaar blijft uitermate
belangrijk. Wij kunnen met z’n allen blijven praten over allerlei bezuinigingen
of andere ontwikkelingen, maar we kunnen beter bedenken hoe we met
elkaar een organisatie weer succesvol kunnen maken. Wij helpen u daar graag
bij. Niet alleen door individueel advies, maar ook door klantendagen te
organiseren. Onze tweede eventdag, op donderdag 15 mei 2014,
staat in het teken van kennisdelen, financiën,
kostenbesparingen en topsport. Wij organiseren het event bij
Eiffel in Arnhem. Eiffel laat zich inspireren door topsport. Wij
laten u onder meer kennis maken met de ervaringen en
mentaliteit van Pieter van den Hoogenband en waarom
zijn ervaringen het verschil kunnen maken in uw
dienstverlening.
Wilt u ook een succes maken van uw organisatie en wilt
u zich laten inspireren door anderen? Kom dan naar ons
event 15 mei 2014. U bent van harte uitgenodigd!
Willem Berends
Wil je reageren op deze column,
mail naar wberends@vconsyst.nl
Wat geld(t)?
De topsportbenadering van Marc Lammers zorgde ervoor dat er tranen in onze ogen sprongen. Vooral
door het filmpje over de atleet Derek Redmond die hij liet zien. Deze atleet liep in 1992 mee aan de
halve finale van de 400 meter tijdens de Olympische Spelen in Barcelona, maar hij werd geveld door
een zweepslag in zijn hamstring. Toch gaf hij niet op en samen met zijn vader ging hij door tot de
finish met een staande ovatie tot gevolg. Dit verhaal weerspiegelde Marc Lammers op de werkwijze
van het zwembad, wat ons allen behoorlijk aan het denken heeft gezet.
Al met al een zeer succesvol en leerzaam congres die zeer werd
gewaardeerd door de aanwezigen. De mensen die zich niet hebben
aangemeld, hebben wat gemist. Kennis delen met elkaar blijft uitermate
belangrijk. Wij kunnen met z’n allen blijven praten over allerlei bezuinigingen
of andere ontwikkelingen, maar we kunnen beter bedenken hoe we met
elkaar een organisatie weer succesvol kunnen maken. Wij helpen u daar graag
bij. Niet alleen door individueel advies, maar ook door klantendagen te
organiseren. Onze tweede eventdag, op donderdag 15 mei 2014,
kostenbesparingen en topsport. Wij organiseren het event bij
Op donderdag 15 mei 2014 organiseert VConsyst
het event ‘Wat geld(t)?! Het is een geheel
verzorgde en kosteloze dag, die in het teken
staat van financiën, kostenbesparingen en
topsport. Na het succes van het VConsyst event
in 2013, nodigen zij u ook graag dit jaar uit
onder het motto ‘het zorgen voor een
(financieel) gezonde organisatie is toch
gewoon topsport!’
Daarom organiseert VConsyst het event bij
Eiffel. Eiffel laat zich inspireren door topsport. Zij
leert van de mentaliteit en ervaringen van
topsporters en topcoaches, om elke keer in
haar dienstverlening het verschil te kunnen
maken. Niet zo gek dat Pieter van den
Hoogenband na zijn topsportcarrière juist hier
aan de slag ging en tijdens het VConsyst event
ook een steentje bijdraagt. Eiffel vertaalde de
topsportlessen ook in haar inspirerende
hoofdkantoor in Arnhem. Een mooie plek dus
om elkaar te ontmoeten.
Voor meer informatie www.vconsyst.nl/
bezoekersregistratiesystemen/trainingen