SlideShare a Scribd company logo
1 of 77
Groepen
Groepscommunicatie
5 Communicatie & media
Inhoud
▪ Wat is een groep?
▪ Definiëring
▪ Kenmerken van een groep
▪ Functie van een groep
▪ Groepscohesie en groepsstructuur
▪ Groepsprocessen?
▪ Sociale beïnvloeding
▪ Doelgroepen
Groepen 2
Wat is een groep?
▪ (Professioneel) Leven: teams,
taakgroepen
▪ Communicatie in groepen
▪ https://www.youtube.com/watch?v=M
MJZGAKxu5M
Groepen 3
Definiëring
▪ Taken goed einde = samenwerking
▪ Vroeger en nu …
▪ https://www.youtube.com/watch?v=lYX35Z_L-dw
▪ “Een groep bestaat uit twee of meer personen die samen in interactie
gaan en onderling afhankelijk zijn van elkaar omdat hun noden of doelen
elkaar beïnvloeden”
Groepen 4
Kenmerken van een groep
▪ Groepsgrootte is klein
▪ Er is sociale interdependentie
▪ Er zijn groepsnormen
▪ Individuen vervullen bepaalde rollen
▪ Er is een sterk samenhorigheidsgevoel of wij-gevoel
Groepen 5
Groepsgrootte is klein
▪ Een groep is vrij klein
▪ Groepsleden hebben direct contact met elkaar
▪ Meestal 2 à 6 leden
▪ Te groot = geen interactie met elk lid
Groepen 6
Sociale interdepententie
▪ Leden zijn afhankelijk van elkaar prestatie om gemeenschappelijke
doelstellingen te bereiken
▪ Positieve interdepententie = individu streeft een resultaat na dat de
anderen ook ten goede komt
▪ Being a team player: https://www.youtube.com/watch?v=fUXdrl9ch_Q
Groepen 7
Er zijn groepsnormen
▪ Groepsnormen = algemene regels die de gedragingen beperken,
stimuleren en reguleren
▪ Aanbieden van een referentiekader
▪ Persoonlijk referentiekader
Groepen 8
Individuen vervullen bepaalde rollen
▪ Rol = verzameling van verwachte gedragingen vanwege een groepslid met
een specifieke positie
▪ Formele rollen = aangegeven door titels
▪ Informele rollen = minder duidelijk zichtbaar
Groepen 9
Individuen vervullen bepaalde rollen v
▪ 2 nadelen:
▪ Individu kan zich verliezen in voldoen aan rol
▪ Inconsistentie wordt niet aanvaard
▪ Rolverwachtingen evolueren: bv. genderrollen:
https://www.youtube.com/watch?v=DtFQzMUGbI8
▪ Rolambiguïteit
▪ Extrarolgedragingen
Groepen 10
Er is een wij-gevoel
▪ Samenhorigheidsgevoel of wij-gevoel tussen groepsleden
▪ Aanwezigheid andere groepen:
▪ Ingroep = waartoe het individu behoort en identiteit ontleent
▪ Uitgroep = waartoe het individu niet behoort
▪ Sociale identiteit = zichzelf waarnemen als groepslid
Groepen 11
Functies van een groep
▪ Groepen ontstaan om:
▪ Gemeenschappelijke doelen te realiseren
▪ Betere overleving- en voortplantingskansen te hebben
▪ Een sociale status en identiteit te verwerven
▪ Behoefte aan affiliatie te voldoen
▪ Affiliatiebehoefte: https://www.youtube.com/watch?v=SIzKqMj37r4
▪ Erbij horen vs. ‘sociaal dood’ zijn
▪ Universeel maar niet hetzelfde bij iedereen
Groepen 12
Groepscohesie
▪ Mate waarin groepsleden zich tot elkaar en groep aangetrokken voelen
▪ Een geheel:
▪ Graag bij elkaar
▪ Trouw aan elkaar
▪ Zorgzaam en vertrouwelijk voor elkaar
▪ Elke groep heeft andere groepscohesie
Groepen 13
Groepscohesie v
▪ Hoe groepscohesie versterken?
▪ Individuen mogelijkheid tot inbreng geven
▪ Groepsactiviteiten aanbieden
▪ Groepsleden eigen verantwoordelijkheden en taken geven
▪ Positieve acties belonen en stimuleren
▪ Negatief gedrag zoveel mogelijk negeren
▪ Samen gezellige activiteitn organiseren
▪ Sociaal gedrag stimuleren
Groepen 14
Groepsdruk
▪ Ongewenst effect van groepscohesie
▪ Druk om attitudes, overtuigingen en gedragingen aan te passen aan
groepsnormen
▪ Hechte groepen =
▪ Hoge normatieve druk tot conformiteit
▪ Minder tolerantie en creativiteit
Groepen 15
Groepsstructuur
▪ Posities, relaties en rollen zijn:
▪ Duidelijk afgebakend
▪ Op elkaar afgestemd
▪ 3 rollen in elke groep:
▪ Actievelingen
▪ Socialen
▪ Neutralen
Groepen 16
Sociogram
▪ Schematische
voorstelling van rollen
en posities van
groepsleden
Groepen 17
Opstellen van een sociogram
▪ Alle leden bevragen
▪ Cirkels:
▪ Duidelijke groepsleider = grote cirkel
▪ Aanhangers = kleinere cirkels
▪ Pijlen:
▪ Richting = richting van keuze
▪ Dubbele pijl of pijl met 2 uiteinden = wederkerige relatie
▪ Positieve relatie = volle lijn
▪ Negatieve relatie = onderbroken lijn
Groepen 18
Kliekje
▪ Personen die onderling bevriend zijn
Groepen 19
Sterpositie
▪ Populaire personages die veel gekozen worden, leiders
Groepen 20
Slangrelatie
▪ Er is overeenkomst maar die is niet wederkerig voor alle leden
Groepen 21
Paren
▪ Twee leden die voor elkaar kiezen en zich isoleren
Groepen 22
Marginalen
▪ Groepsleden die amper betrokken worden
Groepen 23
Inhoud
▪ Wat is een groep?
▪ Groepsprocessen:
▪ Sociale facilitatie
▪ Sociaal lijntrekken
▪ Groepsdenken
▪ Sociale beïnvloeding
▪ Doelgroepen
Groepen 24
Sociale facilitatie
▪ Proces waarbij een individu door
aanwezigheid van anderen:
▪ Eenvoudige taken beter uitvoert
▪ Gehinderd wordt voor prestatie op moeilijke taken
▪ Tamara Foster:
https://www.youtube.com/watch?v=XUbZdM
bfNmU
Groepen 25
Zajonc driestappenmodel
▪ Stap 1: aanwezigheid van anderen =
arousal
▪ Stap 2: reactie met dominante respons
▪ Stap 3:
▪ Gemakkelijke taken = correcte dominante
respons
▪ Moeilijke taak = incorrecte dominante respons
Groepen 26
Sociaal lijntrekken
▪ Afname van individuele prestaties bij gemakkelijke taken door het
samenvoeging tot een groepsprestatie
▪ Vaak bij eenvoudige motorische taken
▪ Waarschijnlijk door motivatieverlies
▪ Sukkelaarseffect creëert free riders of parasieten
Groepen 27
Groepsdenken
▪ Wijze van denken waarin mensen vastraken in hechte groepen wanneer
consensus belangrijker is dan kritisch denken
▪ Komt in beste teams voor
▪ Conformiteit doodt creativiteit en kritiek
▪ https://www.youtube.com/watch?v=MDD4IkVZWTM
Groepen 28
Inhoud
▪ Wat is een groep?
▪ Groepsprocessen?
▪ Sociale beïnvloeding:
▪ Automatische sociale beïnvloeding
▪ Conformiteit
▪ Instemmen
▪ Gehoorzaamheid
▪ Doelgroepen
Groepen 29
Oefening 15
Groepen 30
Sociale beïnvloeding
▪ Uitoefening van sociale macht door een persoon of
groep om attitudes en/of gedrag van anderen te
veranderen
▪ Varieert van druk op individu
▪ Men kan:
▪ Onderworpen zijn aan automatische beïnvloeding
▪ Conformeren of onafhankelijke positie innemen
▪ Instemmen of assertief zijn
▪ Gehoorzaam zijn of zich verzetten
Groepen 31
Adolf Eichmann
Groepen 32
http://www.npogeschiedenis.nl/andere-
tijden/afleveringen/2010-2011/De-
schrijftafelmoordenaar--Het-showproces-tegen-
Eichmann.html
Automatische sociale beïnvloeding
▪ Mensen hebben neiging om elkaar automatisch te imiteren
Groepen 33
Oefening 16: experiment Milgram (1969)
▪ https://www.youtube.com/watch?v=kf
GSGuczX4Y
Groepen 34
Kameleoneffect
▪ Nabootsen gelaatsuitdrukkingen, mimiek en
maniërismen van interactiepartners
Groepen 35
Imitatiegedrag
▪Functies:
▪Bevorderen van
verbondenheid
▪Begrijpen van
gedrag van
anderen
▪Verklaring:
▪Spiegelneuronen
Groepen 36
Spiegelneuronen aan het werk
▪ https://www.youtube.com/watc
h?v=nNf5O60WIVs
▪ Belangrijk voor reclame
▪ Kort Lontje:
https://www.youtube.com/watc
h?v=0oPbmbXQiRQ
Groepen 37
Conformiteit
▪ Neiging om percepties, opinies en gedrag te veranderen naar
overeenstemming met algemeen geldende normen
Groepen 38
Conformiteit: positieve en negatieve gevolgen
Groepen 39
Conformiteit: Sherif
Groepen 40
https://www.youtube.com/watch?v=0Do
IxN6B4PQ
Conformiteit: Asch
Groepen 41
https://www.youtube.com/watch?v=TYIh4MkcfJA
Conformiteit: waarom
▪ Sherif en Asch: meerderheidsinvloed:
▪ Informationele invloed: men wil correct oordelen en opinies vormen (vooral bij
moeilijke of dubbelzinnige stimuli)
▪ Normatieve invloed: men wil aanvaard worden en sympathiek overkomen
▪ Verschillende types van conformiteit;
▪ Private conformiteit: aanpassing door invloed, ook van eigen opvattingen = echte
aanvaarding = internalisering
▪ Publieke conformiteit: oppervlakkige gedragsverandering
Groepen 42
Minderheidsinvloed
▪ Minderheden hebben (gelukkig maar) ook vaak een grote impact
Groepen 43
Minderheidsinvloed v
▪ Gedragsstijl bepaalt sociale invloed:
▪ https://www.youtube.com/watch?v=5hS1YWtalPY
▪ https://www.youtube.com/watch?v=OFPwDe22CoY
▪ Belangrijkste kenmerken:
▪ Sterk, volharden en onwrikbaar
▪ En toch flexibel en breeddenkend overkomen
▪ Consistent zijn
Groepen 44
Minderheidsinvloed w
▪ Eigenzinnigheidskrediet:
▪ Verandering van binnenuit
▪ Eerst conformeren dan afwijkend gedrag tonen
Groepen 45
Instemmen
▪ Op een directe, expliciete manier verzoeken
richten tot anderen
▪ Conformiteit gebeurt vaak impliciet
Groepen 46
Instemmingstechnieken
▪ Eenvoudige verzoeken:
▪ Redenen geven
▪ ‘Stel je eens voor’
▪ Wederkerigheidsnorm
▪ Tweestappen instemmingstechnieken:
▪ De voet tussen de deur
▪ Zodra de bal aan het rollen is
▪ De deur tegen de neus
▪ Het is nog niet klaar, hoor!
Groepen 47
Instemmingstechnieken: eenvoudige verzoeken
▪ Redenen geven:
▪ Hoe je een verzoek formuleert, is belangrijk
▪ Mens handelt vaak op ‘automatische piloot’ (bij kleine verzoeken)
▪ Oefening 24: https://www.youtube.com/watch?v=I8_BSsitSaI
▪ Stel je eens voor:
▪ Wordt vaak door verkopers gebruikt
Groepen 48
Instemmingstechnieken: eenvoudige verzoeken
v
▪ Wederkerigheidsnorm:
▪ Reciprocity
▪ Voor wat, hoort wat
▪ Belangrijke, universele norm
▪ Oefening 25:
https://www.youtube.com/watch?v=PHuIgxB-tCw
▪ Crediteurs: hanteren vaak wederkerigheid
Groepen 49
Tweestappen instemmingstechnieken
▪ Voet-tussen-de-deur:
▪ Klein verzoek zet deur open voor groter verzoek
▪ Zodra-de-bal-aan-het-rollen-is:
▪ Interessante deal krijgt een staartje
▪ Waarom?
▪ Justificatie voor je keuze
▪ Gevoel van verplichting
Groepen 50
Tweestappen instemmingstechnieken v
▪ Deur-tegen-de-neus:
▪ Afgewezen veeleisend verzoek wordt gevolgd door aanvaardbaar voorstel
▪ Waarom?
▪ Principe van contrast
▪ Principe van wederzijdige consessies
▪ Het-is-nog-niet-klaar:
▪ Overdreven verzoek wordt afgezwakt voor antwoord komt
Groepen 51
Assertiviteit
▪ Zich niet inschikkelijk tonen door
weigeren van verzoek(en)
▪ https://www.youtube.com/watch?v
=db3UTp0rmLg
Groepen 52
Gehoorzaamheid
▪ “Befehl ist Befehl”
▪ Destructieve gehoorzaamheid: Rwanda, voormalig
Joegoslavië, …
▪ Gehoorzaamheid is het uitvoeren van een bevel van een
autoriteit
▪ Uniformen
Groepen 53
Experiment van Milgram
▪ Experiment rond gezag:
▪ https://www.youtube.com/watch?v=eTX42lVDwA4
▪ https://vimeo.com/channels/10percentmovie
▪ Basisresultaten bevestigen neiging om bevelen van legitiem
beschouwde autoriteiten op te volgen, ook bij schade aan
anderen
▪ ”Zijn we allemaal nazi’s?”
Groepen 54
Trotseren
▪ Trotseren is weigeren een bevel van een autoriteit uit te voeren
▪ Oskar Schindler: https://www.youtube.com/watch?v=pDumJVv6GP8
▪ Edward Snowden: https://www.youtube.com/watch?v=3P_0iaCgKLk
Groepen 55
Inhoud
▪ Wat is een groep?
▪ Groepsprocessen?
▪ Sociale beïnvloeding
▪ Doelgroepen:
▪ Primaire en secundaire groepen
▪ Subculturen
▪ Referentiegroepen
▪ Opiniemakers, opinieleiders en volgers
Groepen 56
Doelgroep
▪ Een specifieke groep mensen die een organisatie wil bereiken met een
bepaald aanbod of boodschap
▪ Doel: gedragsverandering tot stand brengen
▪ Doelgroep(en)analyse:
▪ Kenmerken van doelgroep
▪ Wensen en behoeften
▪ Hoe doelgroep bereiken
Groepen 57
Primaire en secundaire groepen
▪ Primaire groep:
▪ Voorbeelden:
▪ Gezin
▪ Peergroep: groep mensen van dezelfde leeftijd (of dezelfde sociale status)
▪ Klein en besloten
▪ Primaire relaties: persoonlijk en intiem
▪ Secundaire groep:
▪ Groter
▪ Secundaire relaties: onpersoonlijker en formeler
Groepen 58
Subculturen
▪ Hoofdcultuur: dominante cultuur van een samenleving
▪ Vaak subculturen binnen hoofdcultuur
▪ Subcultuur:
▪ Deelt belangrijkste culturele elementen
met hoofdcultuur
▪ Heeft ook eigen waarden, normen
en gebruiken
Groepen 59
Subculturen: soorten
▪ Etnische subculturen: subculturen op basis van ethnische afkomst
▪ Subculturen op basis van leeftijd
▪ Subculturen op basis van godsdienst en geografische ligging
Groepen 60
Jongerencultuur
▪ Jongeren- of jeugdcultuur:
▪ Eigen waarden, normen en gebruiken
▪ Eigen taalgebruik
▪ Eigen wijze van laten gelden
▪ Jongerenculturen: veelheid
▪ Interessant voor bedrijfsleven
en trendwatchers
Groepen 61
Jongerencultuur v
▪ Ontstaan en evolutie:
▪ Verlenging schoolduur
▪ Invloed van commercie: teenagermarkt
▪ Gabbers: http://www.npo.nl/3doc/07-12-2013/VPWON_1198542
Groepen 62
Jongerencultuur
▪ Jongeren- of jeugdcultuur:
▪ Eigen waarden, normen en gebruiken
▪ Eigen taalgebruik
▪ Eigen wijze van laten gelden
▪ Jongerenculturen: veelheid
▪ Interessant voor bedrijfsleven
en trendwatchers
Groepen 63
Jongerencultuur v
▪ Ontstaan en evolutie:
▪ Verlenging schoolduur
▪ Invloed van commercie: teenagermarkt
▪ Gabbers: http://www.npo.nl/3doc/07-12-2013/VPWON_1198542
Groepen 64
Amish
Groepen 65
Referentiegroepen
▪ Referentiegroep = een groep (of persoon) die een sterke invloed uitoefent
op onze gevoelens, kennis en en gedrag
▪ Referentiegroep:
▪ Vormt vergelijkingspunt voor normen, attitudes, gedrag
▪ Feitelijk lid of denkbeeldige groepen
▪ Ontslaat ons van noodzaak tot individuele interpretatie van wereld om ons heen
▪ Geeft een gevoel van geborgenheid
Groepen 66
Soorten referentiegroepen
▪ Normatieve referentiegroepen:
▪ Groepen waaraan we onze normen ontlenen
▪ Groepen waarmee we ons identificeren
▪ Groepen waarvan we lid willen worden
▪ Aanpassing is nodig
▪ Vergelijkende (of comparatieve) referentiegroepen:
▪ Groepen waarmee we ons vergelijken
▪ Groepen waartoe we niet noodzakelijk behoren
Groepen 67
Soorten referentiegroepen v
▪ Aspiratiegroepen (positieve regerentiegroepen):
▪ Groepen waarvan we attitudes en eigenschappen willen verwerven
▪ Dissociatiegroepen (negatieve referentiegroepen):
▪ Groepen waarvan we attitudes en eigenschappen willen vermijden
▪ Virtuele referentiegroepen:
▪ Bestaan enkel online
▪ Community: soms klein bereik, soms wereldwijde betekenis
Groepen 68
Invloed van referentiegroepen op persoon
▪ Groepen:
▪ Zijn belangrijk voor mensen
▪ Bepalen bewust en onbewust ons gedrag
▪ Soorten invloed:
▪ Informatieve invloed: informatie uit groep zorgt voor positieve of negatieve invloed bij
individu
▪ Instrumentele invloed: macht tot belonen of straffen door groep beïnvloedt gedrag van
individu
▪ Expressieve invloed: referentiegroep wordt spiegelbeeld voor eigen zelfbeeld
Groepen 69
Peergroepen
▪ Vriendengroep = peergroep
▪ Peer = gelijke
▪ Staan op gelijk ontwikkelingsniveau
▪ Peergroep=
▪ Vergelijkingsgroep
▪ Individu participeert zonder formeel lid te zijn
▪ Meer dan vriendengroep
Groepen 70
Opiniemakers, opinieleiders en volgers
▪ Opiniemakers:
▪ Snelle toegang tot media
▪ Analyse en mening voer een onderwerp
▪ Marketing:
▪ Opiniemaker, opinieleider, early adapter, influencer
▪ Kleine groep die grote groep consumenten in aankoopgedrag kan beïnvloeden
▪ (Inter)nationale opiniemakers
▪ Gespecialiseerde opiniemakers
▪ Lokale opiniemakers
Groepen 71
Influencer Marketing
Groepen 72
https://vimeo.com/15595024
https://vimeo.com/16430345
Opiniemakers-
bereikpiramide
Groepen 73
Eigenschappen van opiniemaker
▪ Geloofwaardigheid (trust)
▪ Inspireren (inspire)
▪ Aansluiting vinden bij doelgroep (connect)
Groepen 74
Opiniemaker versus opinieleider
Opinieleider
▪Komt veelvuldig in media
en wil gelijk halen
▪Bezit veel
overtuigingskracht
▪Wil mensen bewust op
andere gedachten
brengen
Opiniemaker
▪Is minder herkenbaar
▪Dient geen
belangengroep
▪Is bescheiden
▪Laat mensen nadenken
zonder plicht tot volgen
Groepen 75
Macht van opiniemakers
▪Opiniemakers:
▪Hebben macht
▪Beïnvloeden mee publieke opinie
▪Willen nooit echte macht
▪Spelen een cruciale rol in hedendaagse
maatschappij
▪Bewaken belang van vrije media en van
vrijheid van meningsuiting
Groepen 76
Groepen

More Related Content

Similar to Groepen

13 14 samenwerken in team v hoorcollege test
13 14 samenwerken in team v hoorcollege test13 14 samenwerken in team v hoorcollege test
13 14 samenwerken in team v hoorcollege testlottevanpraet
 
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 1
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 113 14 samenwerken in team v hoorcollege 1
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 1lottevanpraet
 
Trekkerstraining dag 1
Trekkerstraining dag 1Trekkerstraining dag 1
Trekkerstraining dag 1Gijs_VVOB
 
Samenwerking en netwerken
Samenwerking en netwerkenSamenwerking en netwerken
Samenwerking en netwerkenStevenClaeys
 
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepenlottevanpraet
 
Community management (Social Media in de Praktijk)
Community management (Social Media in de Praktijk)Community management (Social Media in de Praktijk)
Community management (Social Media in de Praktijk)Irene Frijlink
 
Vrijwilligers in het museum 2014
Vrijwilligers in het museum 2014Vrijwilligers in het museum 2014
Vrijwilligers in het museum 2014Agnes Vugts
 
Community management socmedprak okt2011
Community management socmedprak okt2011Community management socmedprak okt2011
Community management socmedprak okt2011Irene Frijlink
 
Motivatie en motiveren
Motivatie en motiverenMotivatie en motiveren
Motivatie en motiverenRob Masseling
 
Positief coachen.kbkb def
Positief coachen.kbkb defPositief coachen.kbkb def
Positief coachen.kbkb defFreek Onzia
 
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2CVO-SSH
 
Vrijwilligers in het museum 2015
Vrijwilligers in het museum 2015Vrijwilligers in het museum 2015
Vrijwilligers in het museum 2015Agnes Vugts
 
sociale media als didactisch hulpmiddel
sociale media als didactisch hulpmiddelsociale media als didactisch hulpmiddel
sociale media als didactisch hulpmiddelannemiekevanhorssen
 
Hfst 7 groepsprocessen
Hfst 7 groepsprocessenHfst 7 groepsprocessen
Hfst 7 groepsprocessenannekesomers
 

Similar to Groepen (20)

Teamcoaching
TeamcoachingTeamcoaching
Teamcoaching
 
13 14 samenwerken in team v hoorcollege test
13 14 samenwerken in team v hoorcollege test13 14 samenwerken in team v hoorcollege test
13 14 samenwerken in team v hoorcollege test
 
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 1
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 113 14 samenwerken in team v hoorcollege 1
13 14 samenwerken in team v hoorcollege 1
 
Trekkerstraining dag 1
Trekkerstraining dag 1Trekkerstraining dag 1
Trekkerstraining dag 1
 
Samenwerking en netwerken
Samenwerking en netwerkenSamenwerking en netwerken
Samenwerking en netwerken
 
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen
13 14 si t deel 1 kenmerken van groepen
 
Community management (Social Media in de Praktijk)
Community management (Social Media in de Praktijk)Community management (Social Media in de Praktijk)
Community management (Social Media in de Praktijk)
 
Vrijwilligers in het museum 2014
Vrijwilligers in het museum 2014Vrijwilligers in het museum 2014
Vrijwilligers in het museum 2014
 
Community management socmedprak okt2011
Community management socmedprak okt2011Community management socmedprak okt2011
Community management socmedprak okt2011
 
Presentatie 'Proeverij werkvormen' - Kwadraet
Presentatie 'Proeverij werkvormen' - KwadraetPresentatie 'Proeverij werkvormen' - Kwadraet
Presentatie 'Proeverij werkvormen' - Kwadraet
 
Werkvormen
WerkvormenWerkvormen
Werkvormen
 
Werven (en houden) van vrijwilligers ldr
Werven (en houden) van vrijwilligers ldrWerven (en houden) van vrijwilligers ldr
Werven (en houden) van vrijwilligers ldr
 
Motivatie en motiveren
Motivatie en motiverenMotivatie en motiveren
Motivatie en motiveren
 
Positief coachen.kbkb def
Positief coachen.kbkb defPositief coachen.kbkb def
Positief coachen.kbkb def
 
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2
Werken in en organiseren van de leefgroep groep 2
 
De kracht van positieve feedback
De kracht van positieve feedbackDe kracht van positieve feedback
De kracht van positieve feedback
 
Vrijwilligers in het museum 2015
Vrijwilligers in het museum 2015Vrijwilligers in het museum 2015
Vrijwilligers in het museum 2015
 
Vision Knowledge Activator
Vision Knowledge ActivatorVision Knowledge Activator
Vision Knowledge Activator
 
sociale media als didactisch hulpmiddel
sociale media als didactisch hulpmiddelsociale media als didactisch hulpmiddel
sociale media als didactisch hulpmiddel
 
Hfst 7 groepsprocessen
Hfst 7 groepsprocessenHfst 7 groepsprocessen
Hfst 7 groepsprocessen
 

More from Patrick Proost

Interculturele communicatie
Interculturele communicatieInterculturele communicatie
Interculturele communicatiePatrick Proost
 
Praktijk van de organisatiecommunicatie
Praktijk van de organisatiecommunicatiePraktijk van de organisatiecommunicatie
Praktijk van de organisatiecommunicatiePatrick Proost
 
Theorie van de organisatiecommunicatie
Theorie van de organisatiecommunicatieTheorie van de organisatiecommunicatie
Theorie van de organisatiecommunicatiePatrick Proost
 
Inleiding tot de communicatie
Inleiding tot de communicatieInleiding tot de communicatie
Inleiding tot de communicatiePatrick Proost
 
De virtuoze cirkel van ic
De virtuoze cirkel van icDe virtuoze cirkel van ic
De virtuoze cirkel van icPatrick Proost
 
De organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurDe organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurPatrick Proost
 
De organisatie en haar reputatie
De organisatie en haar reputatieDe organisatie en haar reputatie
De organisatie en haar reputatiePatrick Proost
 
De organisatie en haar menselijk kapitaal
De organisatie en haar menselijk kapitaalDe organisatie en haar menselijk kapitaal
De organisatie en haar menselijk kapitaalPatrick Proost
 
De organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurDe organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurPatrick Proost
 
Inleiding tot de organisatiecommunicatie
Inleiding tot de organisatiecommunicatieInleiding tot de organisatiecommunicatie
Inleiding tot de organisatiecommunicatiePatrick Proost
 
Nascholing opr - hoe de poes fietst
Nascholing opr - hoe de poes fietstNascholing opr - hoe de poes fietst
Nascholing opr - hoe de poes fietstPatrick Proost
 
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPR
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPRActiviteitsdomeinen van de pr 5OPR
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPRPatrick Proost
 
Informatieverwerking en literatuurverwijzing
Informatieverwerking en literatuurverwijzingInformatieverwerking en literatuurverwijzing
Informatieverwerking en literatuurverwijzingPatrick Proost
 
Actuele trends in de pr
Actuele trends in de prActuele trends in de pr
Actuele trends in de prPatrick Proost
 
Imago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijlImago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijlPatrick Proost
 

More from Patrick Proost (20)

Interculturele communicatie
Interculturele communicatieInterculturele communicatie
Interculturele communicatie
 
Etiquette 3.0
Etiquette 3.0Etiquette 3.0
Etiquette 3.0
 
Praktijk van de organisatiecommunicatie
Praktijk van de organisatiecommunicatiePraktijk van de organisatiecommunicatie
Praktijk van de organisatiecommunicatie
 
Theorie van de organisatiecommunicatie
Theorie van de organisatiecommunicatieTheorie van de organisatiecommunicatie
Theorie van de organisatiecommunicatie
 
Inleiding tot de communicatie
Inleiding tot de communicatieInleiding tot de communicatie
Inleiding tot de communicatie
 
De virtuoze cirkel van ic
De virtuoze cirkel van icDe virtuoze cirkel van ic
De virtuoze cirkel van ic
 
De organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurDe organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuur
 
De organisatie en haar reputatie
De organisatie en haar reputatieDe organisatie en haar reputatie
De organisatie en haar reputatie
 
De organisatie en haar menselijk kapitaal
De organisatie en haar menselijk kapitaalDe organisatie en haar menselijk kapitaal
De organisatie en haar menselijk kapitaal
 
De organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuurDe organisatie en haar cultuur
De organisatie en haar cultuur
 
Inleiding tot de organisatiecommunicatie
Inleiding tot de organisatiecommunicatieInleiding tot de organisatiecommunicatie
Inleiding tot de organisatiecommunicatie
 
Nascholing opr - hoe de poes fietst
Nascholing opr - hoe de poes fietstNascholing opr - hoe de poes fietst
Nascholing opr - hoe de poes fietst
 
Bedrijfscultuur
BedrijfscultuurBedrijfscultuur
Bedrijfscultuur
 
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPR
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPRActiviteitsdomeinen van de pr 5OPR
Activiteitsdomeinen van de pr 5OPR
 
Introductie
IntroductieIntroductie
Introductie
 
Informatieverwerking en literatuurverwijzing
Informatieverwerking en literatuurverwijzingInformatieverwerking en literatuurverwijzing
Informatieverwerking en literatuurverwijzing
 
Actuele trends in de pr
Actuele trends in de prActuele trends in de pr
Actuele trends in de pr
 
Publicaties
PublicatiesPublicaties
Publicaties
 
Imago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijlImago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijl
 
Logo ontwerp
Logo ontwerpLogo ontwerp
Logo ontwerp
 

Groepen

  • 2. Inhoud ▪ Wat is een groep? ▪ Definiëring ▪ Kenmerken van een groep ▪ Functie van een groep ▪ Groepscohesie en groepsstructuur ▪ Groepsprocessen? ▪ Sociale beïnvloeding ▪ Doelgroepen Groepen 2
  • 3. Wat is een groep? ▪ (Professioneel) Leven: teams, taakgroepen ▪ Communicatie in groepen ▪ https://www.youtube.com/watch?v=M MJZGAKxu5M Groepen 3
  • 4. Definiëring ▪ Taken goed einde = samenwerking ▪ Vroeger en nu … ▪ https://www.youtube.com/watch?v=lYX35Z_L-dw ▪ “Een groep bestaat uit twee of meer personen die samen in interactie gaan en onderling afhankelijk zijn van elkaar omdat hun noden of doelen elkaar beïnvloeden” Groepen 4
  • 5. Kenmerken van een groep ▪ Groepsgrootte is klein ▪ Er is sociale interdependentie ▪ Er zijn groepsnormen ▪ Individuen vervullen bepaalde rollen ▪ Er is een sterk samenhorigheidsgevoel of wij-gevoel Groepen 5
  • 6. Groepsgrootte is klein ▪ Een groep is vrij klein ▪ Groepsleden hebben direct contact met elkaar ▪ Meestal 2 à 6 leden ▪ Te groot = geen interactie met elk lid Groepen 6
  • 7. Sociale interdepententie ▪ Leden zijn afhankelijk van elkaar prestatie om gemeenschappelijke doelstellingen te bereiken ▪ Positieve interdepententie = individu streeft een resultaat na dat de anderen ook ten goede komt ▪ Being a team player: https://www.youtube.com/watch?v=fUXdrl9ch_Q Groepen 7
  • 8. Er zijn groepsnormen ▪ Groepsnormen = algemene regels die de gedragingen beperken, stimuleren en reguleren ▪ Aanbieden van een referentiekader ▪ Persoonlijk referentiekader Groepen 8
  • 9. Individuen vervullen bepaalde rollen ▪ Rol = verzameling van verwachte gedragingen vanwege een groepslid met een specifieke positie ▪ Formele rollen = aangegeven door titels ▪ Informele rollen = minder duidelijk zichtbaar Groepen 9
  • 10. Individuen vervullen bepaalde rollen v ▪ 2 nadelen: ▪ Individu kan zich verliezen in voldoen aan rol ▪ Inconsistentie wordt niet aanvaard ▪ Rolverwachtingen evolueren: bv. genderrollen: https://www.youtube.com/watch?v=DtFQzMUGbI8 ▪ Rolambiguïteit ▪ Extrarolgedragingen Groepen 10
  • 11. Er is een wij-gevoel ▪ Samenhorigheidsgevoel of wij-gevoel tussen groepsleden ▪ Aanwezigheid andere groepen: ▪ Ingroep = waartoe het individu behoort en identiteit ontleent ▪ Uitgroep = waartoe het individu niet behoort ▪ Sociale identiteit = zichzelf waarnemen als groepslid Groepen 11
  • 12. Functies van een groep ▪ Groepen ontstaan om: ▪ Gemeenschappelijke doelen te realiseren ▪ Betere overleving- en voortplantingskansen te hebben ▪ Een sociale status en identiteit te verwerven ▪ Behoefte aan affiliatie te voldoen ▪ Affiliatiebehoefte: https://www.youtube.com/watch?v=SIzKqMj37r4 ▪ Erbij horen vs. ‘sociaal dood’ zijn ▪ Universeel maar niet hetzelfde bij iedereen Groepen 12
  • 13. Groepscohesie ▪ Mate waarin groepsleden zich tot elkaar en groep aangetrokken voelen ▪ Een geheel: ▪ Graag bij elkaar ▪ Trouw aan elkaar ▪ Zorgzaam en vertrouwelijk voor elkaar ▪ Elke groep heeft andere groepscohesie Groepen 13
  • 14. Groepscohesie v ▪ Hoe groepscohesie versterken? ▪ Individuen mogelijkheid tot inbreng geven ▪ Groepsactiviteiten aanbieden ▪ Groepsleden eigen verantwoordelijkheden en taken geven ▪ Positieve acties belonen en stimuleren ▪ Negatief gedrag zoveel mogelijk negeren ▪ Samen gezellige activiteitn organiseren ▪ Sociaal gedrag stimuleren Groepen 14
  • 15. Groepsdruk ▪ Ongewenst effect van groepscohesie ▪ Druk om attitudes, overtuigingen en gedragingen aan te passen aan groepsnormen ▪ Hechte groepen = ▪ Hoge normatieve druk tot conformiteit ▪ Minder tolerantie en creativiteit Groepen 15
  • 16. Groepsstructuur ▪ Posities, relaties en rollen zijn: ▪ Duidelijk afgebakend ▪ Op elkaar afgestemd ▪ 3 rollen in elke groep: ▪ Actievelingen ▪ Socialen ▪ Neutralen Groepen 16
  • 17. Sociogram ▪ Schematische voorstelling van rollen en posities van groepsleden Groepen 17
  • 18. Opstellen van een sociogram ▪ Alle leden bevragen ▪ Cirkels: ▪ Duidelijke groepsleider = grote cirkel ▪ Aanhangers = kleinere cirkels ▪ Pijlen: ▪ Richting = richting van keuze ▪ Dubbele pijl of pijl met 2 uiteinden = wederkerige relatie ▪ Positieve relatie = volle lijn ▪ Negatieve relatie = onderbroken lijn Groepen 18
  • 19. Kliekje ▪ Personen die onderling bevriend zijn Groepen 19
  • 20. Sterpositie ▪ Populaire personages die veel gekozen worden, leiders Groepen 20
  • 21. Slangrelatie ▪ Er is overeenkomst maar die is niet wederkerig voor alle leden Groepen 21
  • 22. Paren ▪ Twee leden die voor elkaar kiezen en zich isoleren Groepen 22
  • 23. Marginalen ▪ Groepsleden die amper betrokken worden Groepen 23
  • 24. Inhoud ▪ Wat is een groep? ▪ Groepsprocessen: ▪ Sociale facilitatie ▪ Sociaal lijntrekken ▪ Groepsdenken ▪ Sociale beïnvloeding ▪ Doelgroepen Groepen 24
  • 25. Sociale facilitatie ▪ Proces waarbij een individu door aanwezigheid van anderen: ▪ Eenvoudige taken beter uitvoert ▪ Gehinderd wordt voor prestatie op moeilijke taken ▪ Tamara Foster: https://www.youtube.com/watch?v=XUbZdM bfNmU Groepen 25
  • 26. Zajonc driestappenmodel ▪ Stap 1: aanwezigheid van anderen = arousal ▪ Stap 2: reactie met dominante respons ▪ Stap 3: ▪ Gemakkelijke taken = correcte dominante respons ▪ Moeilijke taak = incorrecte dominante respons Groepen 26
  • 27. Sociaal lijntrekken ▪ Afname van individuele prestaties bij gemakkelijke taken door het samenvoeging tot een groepsprestatie ▪ Vaak bij eenvoudige motorische taken ▪ Waarschijnlijk door motivatieverlies ▪ Sukkelaarseffect creëert free riders of parasieten Groepen 27
  • 28. Groepsdenken ▪ Wijze van denken waarin mensen vastraken in hechte groepen wanneer consensus belangrijker is dan kritisch denken ▪ Komt in beste teams voor ▪ Conformiteit doodt creativiteit en kritiek ▪ https://www.youtube.com/watch?v=MDD4IkVZWTM Groepen 28
  • 29. Inhoud ▪ Wat is een groep? ▪ Groepsprocessen? ▪ Sociale beïnvloeding: ▪ Automatische sociale beïnvloeding ▪ Conformiteit ▪ Instemmen ▪ Gehoorzaamheid ▪ Doelgroepen Groepen 29
  • 31. Sociale beïnvloeding ▪ Uitoefening van sociale macht door een persoon of groep om attitudes en/of gedrag van anderen te veranderen ▪ Varieert van druk op individu ▪ Men kan: ▪ Onderworpen zijn aan automatische beïnvloeding ▪ Conformeren of onafhankelijke positie innemen ▪ Instemmen of assertief zijn ▪ Gehoorzaam zijn of zich verzetten Groepen 31
  • 33. Automatische sociale beïnvloeding ▪ Mensen hebben neiging om elkaar automatisch te imiteren Groepen 33
  • 34. Oefening 16: experiment Milgram (1969) ▪ https://www.youtube.com/watch?v=kf GSGuczX4Y Groepen 34
  • 35. Kameleoneffect ▪ Nabootsen gelaatsuitdrukkingen, mimiek en maniërismen van interactiepartners Groepen 35
  • 36. Imitatiegedrag ▪Functies: ▪Bevorderen van verbondenheid ▪Begrijpen van gedrag van anderen ▪Verklaring: ▪Spiegelneuronen Groepen 36
  • 37. Spiegelneuronen aan het werk ▪ https://www.youtube.com/watc h?v=nNf5O60WIVs ▪ Belangrijk voor reclame ▪ Kort Lontje: https://www.youtube.com/watc h?v=0oPbmbXQiRQ Groepen 37
  • 38. Conformiteit ▪ Neiging om percepties, opinies en gedrag te veranderen naar overeenstemming met algemeen geldende normen Groepen 38
  • 39. Conformiteit: positieve en negatieve gevolgen Groepen 39
  • 42. Conformiteit: waarom ▪ Sherif en Asch: meerderheidsinvloed: ▪ Informationele invloed: men wil correct oordelen en opinies vormen (vooral bij moeilijke of dubbelzinnige stimuli) ▪ Normatieve invloed: men wil aanvaard worden en sympathiek overkomen ▪ Verschillende types van conformiteit; ▪ Private conformiteit: aanpassing door invloed, ook van eigen opvattingen = echte aanvaarding = internalisering ▪ Publieke conformiteit: oppervlakkige gedragsverandering Groepen 42
  • 43. Minderheidsinvloed ▪ Minderheden hebben (gelukkig maar) ook vaak een grote impact Groepen 43
  • 44. Minderheidsinvloed v ▪ Gedragsstijl bepaalt sociale invloed: ▪ https://www.youtube.com/watch?v=5hS1YWtalPY ▪ https://www.youtube.com/watch?v=OFPwDe22CoY ▪ Belangrijkste kenmerken: ▪ Sterk, volharden en onwrikbaar ▪ En toch flexibel en breeddenkend overkomen ▪ Consistent zijn Groepen 44
  • 45. Minderheidsinvloed w ▪ Eigenzinnigheidskrediet: ▪ Verandering van binnenuit ▪ Eerst conformeren dan afwijkend gedrag tonen Groepen 45
  • 46. Instemmen ▪ Op een directe, expliciete manier verzoeken richten tot anderen ▪ Conformiteit gebeurt vaak impliciet Groepen 46
  • 47. Instemmingstechnieken ▪ Eenvoudige verzoeken: ▪ Redenen geven ▪ ‘Stel je eens voor’ ▪ Wederkerigheidsnorm ▪ Tweestappen instemmingstechnieken: ▪ De voet tussen de deur ▪ Zodra de bal aan het rollen is ▪ De deur tegen de neus ▪ Het is nog niet klaar, hoor! Groepen 47
  • 48. Instemmingstechnieken: eenvoudige verzoeken ▪ Redenen geven: ▪ Hoe je een verzoek formuleert, is belangrijk ▪ Mens handelt vaak op ‘automatische piloot’ (bij kleine verzoeken) ▪ Oefening 24: https://www.youtube.com/watch?v=I8_BSsitSaI ▪ Stel je eens voor: ▪ Wordt vaak door verkopers gebruikt Groepen 48
  • 49. Instemmingstechnieken: eenvoudige verzoeken v ▪ Wederkerigheidsnorm: ▪ Reciprocity ▪ Voor wat, hoort wat ▪ Belangrijke, universele norm ▪ Oefening 25: https://www.youtube.com/watch?v=PHuIgxB-tCw ▪ Crediteurs: hanteren vaak wederkerigheid Groepen 49
  • 50. Tweestappen instemmingstechnieken ▪ Voet-tussen-de-deur: ▪ Klein verzoek zet deur open voor groter verzoek ▪ Zodra-de-bal-aan-het-rollen-is: ▪ Interessante deal krijgt een staartje ▪ Waarom? ▪ Justificatie voor je keuze ▪ Gevoel van verplichting Groepen 50
  • 51. Tweestappen instemmingstechnieken v ▪ Deur-tegen-de-neus: ▪ Afgewezen veeleisend verzoek wordt gevolgd door aanvaardbaar voorstel ▪ Waarom? ▪ Principe van contrast ▪ Principe van wederzijdige consessies ▪ Het-is-nog-niet-klaar: ▪ Overdreven verzoek wordt afgezwakt voor antwoord komt Groepen 51
  • 52. Assertiviteit ▪ Zich niet inschikkelijk tonen door weigeren van verzoek(en) ▪ https://www.youtube.com/watch?v =db3UTp0rmLg Groepen 52
  • 53. Gehoorzaamheid ▪ “Befehl ist Befehl” ▪ Destructieve gehoorzaamheid: Rwanda, voormalig Joegoslavië, … ▪ Gehoorzaamheid is het uitvoeren van een bevel van een autoriteit ▪ Uniformen Groepen 53
  • 54. Experiment van Milgram ▪ Experiment rond gezag: ▪ https://www.youtube.com/watch?v=eTX42lVDwA4 ▪ https://vimeo.com/channels/10percentmovie ▪ Basisresultaten bevestigen neiging om bevelen van legitiem beschouwde autoriteiten op te volgen, ook bij schade aan anderen ▪ ”Zijn we allemaal nazi’s?” Groepen 54
  • 55. Trotseren ▪ Trotseren is weigeren een bevel van een autoriteit uit te voeren ▪ Oskar Schindler: https://www.youtube.com/watch?v=pDumJVv6GP8 ▪ Edward Snowden: https://www.youtube.com/watch?v=3P_0iaCgKLk Groepen 55
  • 56. Inhoud ▪ Wat is een groep? ▪ Groepsprocessen? ▪ Sociale beïnvloeding ▪ Doelgroepen: ▪ Primaire en secundaire groepen ▪ Subculturen ▪ Referentiegroepen ▪ Opiniemakers, opinieleiders en volgers Groepen 56
  • 57. Doelgroep ▪ Een specifieke groep mensen die een organisatie wil bereiken met een bepaald aanbod of boodschap ▪ Doel: gedragsverandering tot stand brengen ▪ Doelgroep(en)analyse: ▪ Kenmerken van doelgroep ▪ Wensen en behoeften ▪ Hoe doelgroep bereiken Groepen 57
  • 58. Primaire en secundaire groepen ▪ Primaire groep: ▪ Voorbeelden: ▪ Gezin ▪ Peergroep: groep mensen van dezelfde leeftijd (of dezelfde sociale status) ▪ Klein en besloten ▪ Primaire relaties: persoonlijk en intiem ▪ Secundaire groep: ▪ Groter ▪ Secundaire relaties: onpersoonlijker en formeler Groepen 58
  • 59. Subculturen ▪ Hoofdcultuur: dominante cultuur van een samenleving ▪ Vaak subculturen binnen hoofdcultuur ▪ Subcultuur: ▪ Deelt belangrijkste culturele elementen met hoofdcultuur ▪ Heeft ook eigen waarden, normen en gebruiken Groepen 59
  • 60. Subculturen: soorten ▪ Etnische subculturen: subculturen op basis van ethnische afkomst ▪ Subculturen op basis van leeftijd ▪ Subculturen op basis van godsdienst en geografische ligging Groepen 60
  • 61. Jongerencultuur ▪ Jongeren- of jeugdcultuur: ▪ Eigen waarden, normen en gebruiken ▪ Eigen taalgebruik ▪ Eigen wijze van laten gelden ▪ Jongerenculturen: veelheid ▪ Interessant voor bedrijfsleven en trendwatchers Groepen 61
  • 62. Jongerencultuur v ▪ Ontstaan en evolutie: ▪ Verlenging schoolduur ▪ Invloed van commercie: teenagermarkt ▪ Gabbers: http://www.npo.nl/3doc/07-12-2013/VPWON_1198542 Groepen 62
  • 63. Jongerencultuur ▪ Jongeren- of jeugdcultuur: ▪ Eigen waarden, normen en gebruiken ▪ Eigen taalgebruik ▪ Eigen wijze van laten gelden ▪ Jongerenculturen: veelheid ▪ Interessant voor bedrijfsleven en trendwatchers Groepen 63
  • 64. Jongerencultuur v ▪ Ontstaan en evolutie: ▪ Verlenging schoolduur ▪ Invloed van commercie: teenagermarkt ▪ Gabbers: http://www.npo.nl/3doc/07-12-2013/VPWON_1198542 Groepen 64
  • 66. Referentiegroepen ▪ Referentiegroep = een groep (of persoon) die een sterke invloed uitoefent op onze gevoelens, kennis en en gedrag ▪ Referentiegroep: ▪ Vormt vergelijkingspunt voor normen, attitudes, gedrag ▪ Feitelijk lid of denkbeeldige groepen ▪ Ontslaat ons van noodzaak tot individuele interpretatie van wereld om ons heen ▪ Geeft een gevoel van geborgenheid Groepen 66
  • 67. Soorten referentiegroepen ▪ Normatieve referentiegroepen: ▪ Groepen waaraan we onze normen ontlenen ▪ Groepen waarmee we ons identificeren ▪ Groepen waarvan we lid willen worden ▪ Aanpassing is nodig ▪ Vergelijkende (of comparatieve) referentiegroepen: ▪ Groepen waarmee we ons vergelijken ▪ Groepen waartoe we niet noodzakelijk behoren Groepen 67
  • 68. Soorten referentiegroepen v ▪ Aspiratiegroepen (positieve regerentiegroepen): ▪ Groepen waarvan we attitudes en eigenschappen willen verwerven ▪ Dissociatiegroepen (negatieve referentiegroepen): ▪ Groepen waarvan we attitudes en eigenschappen willen vermijden ▪ Virtuele referentiegroepen: ▪ Bestaan enkel online ▪ Community: soms klein bereik, soms wereldwijde betekenis Groepen 68
  • 69. Invloed van referentiegroepen op persoon ▪ Groepen: ▪ Zijn belangrijk voor mensen ▪ Bepalen bewust en onbewust ons gedrag ▪ Soorten invloed: ▪ Informatieve invloed: informatie uit groep zorgt voor positieve of negatieve invloed bij individu ▪ Instrumentele invloed: macht tot belonen of straffen door groep beïnvloedt gedrag van individu ▪ Expressieve invloed: referentiegroep wordt spiegelbeeld voor eigen zelfbeeld Groepen 69
  • 70. Peergroepen ▪ Vriendengroep = peergroep ▪ Peer = gelijke ▪ Staan op gelijk ontwikkelingsniveau ▪ Peergroep= ▪ Vergelijkingsgroep ▪ Individu participeert zonder formeel lid te zijn ▪ Meer dan vriendengroep Groepen 70
  • 71. Opiniemakers, opinieleiders en volgers ▪ Opiniemakers: ▪ Snelle toegang tot media ▪ Analyse en mening voer een onderwerp ▪ Marketing: ▪ Opiniemaker, opinieleider, early adapter, influencer ▪ Kleine groep die grote groep consumenten in aankoopgedrag kan beïnvloeden ▪ (Inter)nationale opiniemakers ▪ Gespecialiseerde opiniemakers ▪ Lokale opiniemakers Groepen 71
  • 74. Eigenschappen van opiniemaker ▪ Geloofwaardigheid (trust) ▪ Inspireren (inspire) ▪ Aansluiting vinden bij doelgroep (connect) Groepen 74
  • 75. Opiniemaker versus opinieleider Opinieleider ▪Komt veelvuldig in media en wil gelijk halen ▪Bezit veel overtuigingskracht ▪Wil mensen bewust op andere gedachten brengen Opiniemaker ▪Is minder herkenbaar ▪Dient geen belangengroep ▪Is bescheiden ▪Laat mensen nadenken zonder plicht tot volgen Groepen 75
  • 76. Macht van opiniemakers ▪Opiniemakers: ▪Hebben macht ▪Beïnvloeden mee publieke opinie ▪Willen nooit echte macht ▪Spelen een cruciale rol in hedendaagse maatschappij ▪Bewaken belang van vrije media en van vrijheid van meningsuiting Groepen 76